Heerlijke opname van vergeten opera
Als we Opera Rara toch niet hadden… Opera Rara klopt het stof van vergeten operarepertoire uit de negentiende eeuw. Zo ook Virginia van Saverio Mercadante, dat de organisatie onlangs op plaat zette. Chapeau voor het feit dat ze die interessante opera hebben gekozen en een dubbele chapeau voor de prachtige uitvoering.
Het verhaal over Virginia is afkomstig uit de Romeinse geschiedenis. Het is half waar, half legende. Virginia is de maagdelijke dochter van soldaat Virginio en wil gaan trouwen met Icilio. Machthebber Appio zit echter achter haar aan, gedreven door een ziekelijke begeerte. Ondanks dat hij zelf afgekondigd heeft dat patriciërs niet met het plebs mogen trouwen, wil hij Virginia – behorend dat tot plebs – tot zich nemen.
Icilio springt op de bres voor zijn aanstaande, maar wordt om zeep geholpen door de machtige hand van Appio. Om Virginia bij haar vader weg te halen, verzint Appio dat ze eigenlijk de dochter is van een ander, en daarom als slaaf toebehoord aan zijn knecht Marco. De zaak komt voor een tribunaal, waar Virginio ten overstaan van de mensenmenigte zijn eigen dochter doodsteekt. Beter de dood dan overgeleverd te worden aan Appio. Die schokkende daad zet het volk aan tot een opstand tegen Appio.
Virginia is Saverio Mercadante’s laatst uitgevoerde opera, al had hij hem al jaren op de plank liggen. Het dramatische libretto van Salvatore Cammarano heeft de componist muzikaal weergegeven door veel koorstukken, een enorme vaart en veel heftige passages. Je ziet de grootste Romeinse taferelen voor je. Er zijn maar weinig plekken waar de muziek tot rust komt. Scènes en locaties volgen elkaar snel op en er vinden behoorlijk wat gebeurtenissen plaats.
Voor de liefhebber van veel koor in een opera is het daarom een uitstekend stuk. Maar ook los van dat is het werk het beluisteren waard. Omdat het niet zo bekend is, maar nog veel meer omdat er vele verrassende wendingen in de muziek zitten (tot bijna swingende passages toe).
Mercadante weet door alle vaart heen ook af en toe te ontroeren. Zeker in de afscheidsaria van Virginia, wanneer ze haar huis verlaat en richting tribunaal gaat. Het huilende London Philharmonic Orchestra (dat overigens verder met veel pit speelt) onder leiding van Maurizio Benini is daar mede debet aan.
De hoofdrollen zijn goed bezet. Appio is een heel felle, heftige tenor in de persoon van Paul Charles Clarke. Ongeremd, gemeen, een echte heerser. Soms schiet hij daardoor wel wat uit de slof en op de ‘i’ klinkt hij erg geknepen, maar zijn karakter staat als een huis.
Zijn tegenstrever Icilio (Charles Castronovo) staat daar letterlijk tegenover, met een veel ‘zachtere’ tenor. Hij klinkt als de knappe held, die het kwaad probeert te bestrijden. Hun strijd wordt door hun diverse stemmen prachtig duidelijk in een lang duet aan het begin van de derde akte.
Er zijn maar weinig plekken waar de muziek tot rust komt
Susan Patterson (Virginia) zingt op grootse wijze door haar partij heen. Ze neemt vocale obstakels alsof het niets is. Je kunt je wel afvragen of haar stem niet te doorleefd, te volwassen is voor een karakter als de jonge maagd Virginia. Met name in haar treurscènes is ze al snel te fors, te veel vrouw in plaats van meisje.
Haar vader Virginio (Stefano Antonucci) kan juist wat meer vastheid, stevigheid in zijn stem gebruiken, om zijn rol als vader te benadrukken. Maar niettemin zingt hij mooi en overtuigend zijn rol.
Met de nieuwigheid van de muziek en de klasse van de stemmen vliegt het luisteren van de opname zou om. Deze cast doet met Virginia daarom opnieuw een waardevolle duit in het Opera Rara-zakje.