AchtergrondHeadline

Serie Muzen: Henk Neven

In de portrettengalerij Muzen vertellen Nederlandse operazangers hun verhaal. Deze aflevering: Henk Neven (1976). In de vorm van een drieluik ontvouwt zich zijn wereld van inspiratie en operaproducties. Over dirigentenhanden, oerkracht en eenvoud.

Henk Neven (foto: Marco Borggreve).

Over het strakblauwe water van de Kralingse plas glijden traag zeilboten weg langs een achtergrond van mistige zon en roodgele bomen. In de herfstige namiddag komt Henk Neven aangefietst, met een pet op het hoofd. Na jaren woont hij weer in de stad waar hij opgroeide, Rotterdam. Behoedzaam doch met lichte pretogen vertelt hij over zijn muzikale jeugdheld, zijn gedroomde rollen en de muziek die hem nog altijd het meeste aangrijpt.

Eerste luik: eerste liefde

,,Grappig, maar mijn eerste liefdes waren eerder dirigenten dan zangers. Misschien omdat ik daarmee in aanraking kwam? Bernard Haitink, Carlos Kleiber. Toen ik op de middelbare school zat was er in De Doelen een herdenking van de bevrijding. Het Rotterdams Philharmonisch deed een Mahler 2 met Haitink. Mijn oudere broer is cellist, dus er was thuis muziek.

Het concert werd uitgezonden op tv. Die avond was Haitink voornamelijk in beeld. Ik vond het zo fascinerend hoe iemand met een beweging van de handen zo’n intensiteit in de klank teweeg kan brengen. Of juist door stil te houden, met een bijna zen-achtige concentratie.

Kleiber was later voor mij het toppunt van noblesse. Met een energie en een plezier! Ook woonde ik een masterclass bij van Gergiev. Zijn student stond maar te zwaaien en er gebeurde weinig. Gergiev poseerde zich stiekem achter hem, hief zijn handen, en toen hoorde je de klank komen. Ook als zanger heb je de taak de klank in beweging te brengen, zonder tastbaar instrument.”

Meteen na de middelbare school begon Henk Neven met een studie klassieke zang aan het Rotterdams Conservatorium, eerst bij Trudy Koeleman. In die tijd zat Matthijs van de Woerd in een hoger jaar. Toen deze wegging, verdween voor Neven ook zijn voorbeeld van een goede bariton.

In het tweede jaar liep hij langs één van de studiekamers waar een onbekende bariton klonk. Hij sloop naar binnen en daar stond Maarten Koningsberger. ,,Ik wilde graag les hebben van zo’n zanger. En dat kon, zowaar. Maarten kwam namelijk bij ons lesgeven.” Later volgde hij Koningsberger bij diens overstap naar het Amsterdamse Conservatorium.

,,Maarten is fantastisch, hij heeft fenomenale oren. Toch moet elke zanger op een gegeven moment oppassen niet te veel te gaan klinken als zijn docent.” Neven studeerde af en is het afgelopen jaar gecoacht door Robert Holl. Met de Nederlandse Muziekprijs die hij dit voorjaar won, kon hij een lesprogramma met de wereldberoemde bas opzetten.

Tweede luik: in het valies

,,Nou klinkt dat heel somber, maar ik heb altijd wel een Winterreise bij me. Ik heb diverse opnames, maar die van Robert Holl vind ik wel heel mooi. Er wordt vaak heel intellectueel gekeken naar het stuk. Maar hij identificeert zich, lijkt wel, met de ik-figuur. Zo heeft het een eerlijke directheid. En ik hou ontzettend van de klank van Holl. Een oerkracht.”

Eerder dit jaar kwam de eerste lied-cd van Neven uit, die werd genomineerd voor een Gramophone Award. ,,Maar met een Winterreise wacht ik nog even. Je moet klaar zijn voor bepaalde dingen.” Neven vertelt de anekdote dat hij ooit een cd kocht van Robert Holl, die luisterde maar totaal niet wist wat hij daarmee aan moest. ,,Ik was er niet klaar voor.”

Neven als Don Giovanni in Rouen (foto: Opéra de Rouen).

Eén van de eerste opera’s die Neven beluisterde, was Madama Butterfly met Maria Callas. ,,Toen was ik al verder en kon ik merken dat zangers met hun stem kunnen uitdrukken wat ze willen, puur met kleur. Als je luistert naar sommige Amerikaanse baritons versta je niks van ze, maar zit de expressie in een perfect legato.”

Holl en Neven werkten vooral aan repertoire en tekst. ,,Hij weet alles!” Tekst blijkt een belangrijke motor te zijn van de expressie van Neven. Daarom wil hij zich blijven richten op de combinatie van opera en lied. Binnenkort brengt hij een recital met de naam ‘Verloren liefdes’ samen met zijn vrouw en met acteur Porgy Franssen. ,,Hij heeft zo’n andere benadering. Voor Franssen is muziek bijna een sfeer. We komen uit op een genre tussen lied en opera in.”

Neven gelooft heel sterk in het mengen van deze vormen. ,,Ik hoorde een Werther door Jonas Kaufman. Die man bezit wel drie stemvakken in één! Hij zingt veel lied, en dat merk je: veel nuance, veel kleur, veel lagen. Sommige operatenoren missen die dimensies.” Een vermenging van nuance en theatraliteit, het is zoeken naar een balans. ,,In opera is de tekst natuurlijk wel met een veel dikkere kwast getekend.”

Momenteel zingt Neven Phorbas in Oedipe van Enescu bij de Munt in Brussel. Het is een kleine rol. ,,Maar ik moet behoorlijk zingen. Ik heb geen stem als een kanon, ik zet er alles onder.” Neven reist op en neer vanuit Rotterdam. Dat is misschien zwaar, maar de zanger heeft behoefte aan een rustpunt. ,,Thuis, waar ik rustig kan studeren.”

Er werd vijf weken gerepeteerd. ,,Een mythisch verhaal mist wat mij betreft altijd een beetje de psychologische verwikkelingen tussen échte karakters. Mijn personage veroudert dertig jaar tijdens de opera. De uitdaging zit hem in het spelen van een oude man, zonder te zingen als een uitgerangeerde zanger.”

Neven wordt bijna boos als hij spreekt over sommige regisseurs met eisen die alleen het concept betreffen. ,,In deze tijd draait het om het beeld. De regisseur is belangrijk, het decor, de belichter. De zanger misschien wel het minst. Iedereen zegt dus wat je moet doen. De gevolgen kunnen behoorlijk desastreus zijn.” Het is uiteindelijk de zanger die los van het concept zijn rol gewoon moet zingen.

Ook daarom vindt Neven het prettig om de balans te vinden met eigen programma’s. “Dan sta je daar, helemaal vrij in de rug van een vleugel, als je eigen regisseur of decorbouwer, een lied te zingen.”

Derde luik: de gedroomde rol

,,Don Giovanni. Elke keer als ik hem heb gedaan denk ik: ‘nu wil ik hem écht doen’. Er zijn zoveel manieren, en hoewel het niet de mooiste zingrol is, gaat het me hier om de complexiteit van het karakter dat steeds maar blijft boeien. Een mooiere zingrol is Hamlet van Thomas. Die zou ik erg graag willen doen, maar het is veel, hard, hoog. En natuurlijk een zwaar personage. Maar je weet nooit.

Vergelijkbaar met Don Giovanni vind ik Onjegin; karakters moeten een conflict hebben waar iets uit opbloeit. Sommigen zingen Onjegin heel glad en dan voel je afkeer, anderen zingen hem rauw en heb je een hekel aan hem. Het is de dubbelzinnigheid van charmant en afstotelijk zijn. Maar uiteindelijk maakt de man gewoon foute keuzes en voel je toch een soort medelijden.”

In dit seizoen debuteert Neven met Papageno in Marseille. Ook dit is meer een karakterrol dan een zingrol. ,,Waarmee ik niet wil zeggen dat je het niet goed hoeft te zingen.” Neven heeft er al op gestudeerd: hij kijkt lang van tevoren hoeveel tijd hij nodig denkt te hebben en neemt die dan ook. ,,Ik zou voor geen goud op een repetitie staan en dan in paniek beseffen dat ik meer had moeten studeren. Want dan mis je net die stap waardoor het misschien echt goed had kunnen zijn.”

(Foto: Marco Borggreve)

Heel tevreden is Neven met de karaktermogelijkheden van het baritonvak. ,,Grote sopraanrollen van Puccini, geweldig om naar te luisteren, maar zo extravagant! Ach, daarom houden we ook van opera: fijne gecultiveerde hysterie. Maar spelen en zingen doe ik liever met een, tja, verinnerlijkte extravertheid. Met spanningen op het psychologische vlak.”

Neven voelt zich gezegend met zijn stemvak. Hij begon als lage bariton met vooral lichte rollen, en voelt zich thuis in het lyrische vak. ,,De lyriek leidt mij.” Er liggen een aantal engagementen in Frankrijk op hem te wachten. Zijn timbre bevalt de Fransen. ,,Maar je weet niet waar de stem heengaat. Het is als een kind: die wil ergens heen, dus dan neem je hem zachtmoedig aan de hand.”

Met techniek blijft de zanger wel zoet. ,,Kan ik mijn techniek echt ten volle benutten? Ik begin wel te snappen hoe het is om een bepaalde vrijheid te voelen.” Het is die vrijheid, die Neven zo bewondert bij Kleiber, bij Holl, bij Callas. ,,Het lijkt een intuïtieve manier van muziek maken, maar er gaat een zeer gedegen voorbereiding aan vooraf. Vijfendertig jaar voorbereiding, heb ik nu. Het doel is dat het eenvoudigweg moeiteloos klinkt. Niet is.”

Zie voor meer informatie www.henkneven.com.

Vorig artikel

Hollands Diep brengt een ándere Sinterklaas

Volgend artikel

Stotijn schittert met Stimme der Sehnsucht

De auteur

Mariska van der Meij

Mariska van der Meij