Het Bayreuth van het zuiden
Met een productie van Götterdämmerung is Der Ring des Nibelungen in Freiburg compleet. En hoe. De adembenemende muzikale leiding van Fabrice Bollon en de fantastische, kippenvel bezorgende Brünnhilde van Sabine Hogrefe zijn om niet te missen.
Alle mensen en grote critici die met een soort snobbistisch gevoel van superioriteit neerkijken op de voltooiing van Wagners Ring in Freiburg, een prachtige universiteitsstad in Breisgau (Zuid-Duitsland), en denken dat ze niet naar ‘de provincie’ hoeven te gaan om Wagner te horen, lopen heel wat mis.
Het Theater Freiburg viert dit jaar haar honderdste verjaardag en de gecultiveerde, politiek betrokken directie van het huis heeft zich gewaagd aan de grootste krachtsinspanning die een operahuis kan doen: de volledige Ring van Wagner.
Ze begonnen de Ring vier jaar geleden te smeden, waarbij ze de hamer en het aambeeld in de handen gaven van drie goede arbeiders: regisseur Frank Hilbrich, decorontwerper Volker Thiele en kostuumontwerper Gabriele Rupprecht.
Het was misschien een financiële overweging om deze monsteropera op een vrij rationele manier te benaderen, maar het was geen slechte keus. Vergeet de helmen, vliegende paarden, draken en vuureffecten, en laat de goden waar ze zijn: ontmoet echt mensen en neem een kijkje in hun echte levens.
Dat is wat de onconventionele en intelligente insteek van Frank Hilbrich de toeschouwer voorschotelt. Je ziet de karakters ouder worden gedurende het verhaal en je ziet duidelijk de psychologische ontwikkeling die ze doormaken. Als deze Götterdämmerung ten einde is, voelt het alsof je Le temps retrouvé van Marcel Proust hebt gelezen: je hebt de behoefte om het eerste boek weer te pakken en het hele verhaal nog een keer te lezen.
Zeker met de vele hiaten van de Ring-productie van de Deutsche Oper Berlin in mijn hoofd (lees de recensie van Kurt Gänzl) en mijn belofte dat ik de komende twee jaar geen Ring meer zou zien, was dit een behoorlijke verrassing. Ook muzikaal.
Allereerst omdat ik niet zo’n levendige en theatraal effectieve interpretatie van de partituur verwachtte als die Fabrice Bollon gaf met het orkest, dat de gehele opera zonder onderbrekingen speelde (!).
Ook de prestaties van alle leden van de cast moeten worden geprezen. De zes dames die de Nornen zongen waren evenals de Rijndochters stuk voor stuk geweldig, waarbij de vocale kwaliteiten van Anja Jung, die ook Waltraute zong, het eerst moeten worden genoemd.
De frisse en zelfverzekerde Siegfried van Christian Voigt was net zo fraai als de subtiele Hagen van Gary Jankowsky en de Gunther van Wolfgang Newerla. Neal Schantes interpreteerde de stervende Alberich met een ontroerend realisme, net als Sigrun Schell als de miserabele Gutrune.
Het onovertroffen, magnetische centrum van de voorstelling was echter de ongelooflijk intense Brünnhilde van Sabine Hogrefe. In het begin vond ik haar nogal nasale sopraan doen denken aan Gabriele Schnaut twaalf jaar geleden, maar tijdens de voorstelling raakte ik meer en meer gegrepen door haar forse lage en middenregister en verbijsterd door de kracht van haar hoge noten.
Hogrefe heeft een stem die werkelijk onder je huid kruipt. Geen wonder dat ze de cover voor Brünnhilde in Bayreuth en later bij de Metropolitan Opera zal zijn. Ze kan dus de komende maanden een ster worden. Mits haar gevestigde collega’s een koudje vatten of zo…
In elk geval zullen er in Freiburg twee complete Ring-cycli zijn volgend seizoen, waar Hogrefe weer zal zingen. Eerst in september en later in januari (2011). Kaartjes, tegen zeer vriendelijke prijzen, zijn nog steeds te krijgen. Je kunt je Wagner-week in het Zwarte Woud boeken en terugkomen met een beter en dieper inzicht in zijn meesterwerk.
Zie voor meer informatie de website van het Theater Freiburg.
Alessandro Anghinoni is correspondent van Place de l’Opera in Berlijn en Zürich. Hij is vertaler van beroep en schrijft regelmatig over opera. Voorheen voor bladen als Opernwelt, tegenwoordig op zijn blog Operello&Operella.
2Reacties
sounds very interesting!
Considering the dramatic sopranos singing such roles in Berlin and (!) Amsterdam – Linda Watson in her prime excepted – I would certainly prefer to hear this new talent. Even if she is not with the same agent as Pierre Audi, yet. If she will make a spalsh in Bayreuth and New York, though, I’m sure she’ll soon be signed on by the all powerful agent(s).