New York City Opera maakt comeback
Met de ongebruikelijke opera Esther van Hugo Weisgall heeft de New York City Opera haar comeback gemaakt. Het afgelopen seizoen was het operahuis gesloten vanwege een verbouwing. De reacties na de première waren enthousiast.
De New York City Opera sloot in seizoen 2008/2009 haar deuren vanwege de verbouwing van het New York State Theater. Gedurende het seizoen rezen er twijfels over de financiële situatie van het operahuis. Ook besloot de Belgische intendant Gerard Mortier toch niet een functie in New York te accepteren.
Onder leiding van de nieuwe directeur George Steel kwam alles echter op zijn pootjes terecht en in het omgedoopte David H. Koch Theater lanceerde het operahuis zaterdag 7 november haar nieuwe seizoen.
Steel koos voor een gewaagde openingsproductie: de moderne opera Esther van Hugo Weisgall, een Amerikaanse componist die in 1997 overleed. Het atonale stuk, dat gebaseerd is op het bijbelse verhaal over Esther, ging in 1993 in première bij het operahuis en werd nu in een regie van Christopher Mattaliano hernomen.
De Associated Press en de New York Times prezen de keuze van Steel. En de uitvoering was heel overtuigend, meende beide media. Vooral Lauren Flanigan kreeg veel lof voor haar vertolking van de titelrol, die ze ook bij de première in 1993 zong. Haar krachtige stem, passie en oprechtheid deden het goed.
De media spraken dan ook van een succesvolle comeback. De New York Times: ,,Wat het belangrijkste is, is dat de City Opera zich opnieuw heeft hardgemaakt voor een uitdagend werk dat een voorname plaats in het twintigste eeuwse repertoire verdient.”