Haar rol was erg klein, maar toch eiste Kiri Te Kanawa veel aandacht op in de recensies van de reprise van La Fille du Régiment bij de Metropolitan Opera in New York. Niettemin mochten de hoofdrolspelers er ook zijn. Diana Damrau voorop.

De Metropolitan Opera begon zaterdag 6 februari (de avond na de wereldwijde uitzending van Simon Boccanegra) een nieuwe reeks voorstellingen van La Fille du Régiment, een productie van Laurent Pelly die in 2008 in première was gegaan.

Het kleine spreekrolletje van de Hertogin van Krakenthorp was ongewoon sterk bezet: niemand minder dan de beroemde sopraan Kiri Te Kanawa trad in die rol aan. Een bijzondere gebeurtenis, aangezien de Nieuw Zeelandse zangeres voor het laatst in 1998 in een productie van de Met te zien was.

Zodra ze op het toneel verscheen, vlogen de ‘brava’s’ door de zaal, aldus de New York Post. En ze won pers en publiek helemaal voor zich door de paar zinnetjes die haar in het libretto zijn gegeven aan te vullen met extra tekst en zelfs wat zang. Zo liet ze het lied ‘Cancion al arbol del olivido’ van Ginastera horen.

Te Kanawa was echter niet de enige ster van de avond. Juan Diego Flórez keerde terug in de rol van Tonio. Wederom oogstte hij lof. Niet alleen met de negen hoge c’s in ‘Ah, mes amis’ (die hij dit keer niet bisseerde), maar ook met zijn gevoelige zang in ‘Pour me rapprocher de Marie’, schreven zowel The Associated Press als de New York Times.

De rol van Marie werd in 2008 bezet door Natalie Dessay. De onvergetelijke vertolking van de Franse sopraan moest bij de reprise herhaald worden door Diana Damrau. En ze slaagde daar prachtig in, aldus de New York Times.

‘Een sterdebuut’, schreef de krant. ,,Ze zong vloeidend en expressief en overwon de coloraturen terwijl ze Pelly’s atletische regie uitvoerde.”

The Associated Press genoot van haar verrukkelijke coloraturen en de New York Post werd betoverd door haar pianissimo.