Intendant Nicolas Mansfield neemt per 1 oktober afscheid van de Nederlandse Reisopera. De in Groot-Brittannië geboren Mansfield volgde per 1 januari 2013 Guus Mostart op als leider van het operahuis in Enschede. Tot er een opvolger is, neemt interim-directeur Bart van Meijl zijn taken over.

Toen Nicolas Mansfield aantrad als directeur van toen nog de Nationale Reisopera was zijn opdracht helder: onder druk van de bezuinigingen had hij de taak om als opvolger van Guus Mostart een ander operabedrijf in te richten, van een groot gezelschap naar een nieuwe, kleine productiekern. Mostart nam daverend afscheid met een complete Ring des Nibelungen – die tot zijn grote spijt niet meer na vier jaar integraal kon worden gespeeld. Dat was het gevolg van de onzekerheid die ontstond door de bezuinigingen.

‘Iedereen in Nederland heeft recht op kwaliteitscultuur’, was het adagium van Mansfield. Hij werd als jongere geraakt door de opera Tristan und Isolde in Lübeck. ‘Het raakt me diep’, vertelde Mansfield in een interview bij zijn start als operadirecteur. Toen kondigde hij ook de opera van Wagner aan als zijn eerste grote productie als intendant.

Mansfield werd geboren in Surrey en studeerde onder meer theologie aan de universiteit van Sheffield. Aan het Royal Northern College of Music studeerde hij zang. In 1989, toen hij naar Nederland kwam, begon zijn carrière als dirigent. Hij zong onder meer bij het Groot Omroepkoor, gaf zangles en werkte aan de conservatoria van Hilversum en Amsterdam. Een advertentie voor koordirigent bij de Nationale Reisopera in Enschede bracht hem naar het oosten van het land.

Dankzij de nabijheid van steden als Essen, Düsseldorf en Münster had Mansfield de kans heel veel opera te zien. ‘Mijn liefde voor opera begon pas op late leeftijd’, zei Mansfield in het interview in 2013. Toen de Raad van Toezicht van de Reisopera naar zijn interesse in de functie van directeur informeerde, zei hij ja. Dat was enkele jaren voor hij de rol daadwerkelijk op zich nam.

Tristan und Isolde was één van zijn openingsproducties, net als de pocketversie van La bohème, een voorstelling die komende maanden hernomen wordt in het kader van het alternatieve seizoensprogramma van de Nederlandse Reisopera. Later zouden voorstellingen als Il barbiere di Siviglia en een geënsceneerde Johannes Passion volgen. Ariadne auf Naxos en Orphée et Eurydice waren zo succesvol dat de lezers van Place de l’Opera ze tot Opera van het Jaar verkozen.

Het huis neemt met lovende woorden afscheid van de directeur. In het persbericht staat: ‘Mansfield transformeerde de organisatie tot een toonaangevend operagezelschap dat prestigieuze (internationale) producties realiseert. De bezoekersaantallen stegen sinds 2013 met ruim 200 procent naar 65.306 in 2019. Er werden extra gelden toegekend, de organisatie kreeg een vaste speelplek in het Koninklijk Theater Carré en een nieuw onderkomen in het Wilminktheater en in de Performance Factory in Enschede’, zo vat het persbericht van de Nederlandse Reisopera de rol van de vertrekkende directeur samen.

Nicolas Mansfield zegt zelf in het bericht over zijn afscheid: ‘Ik heb met veel toewijding en liefde de Nederlandse Reisopera door een hele roerige periode geleid. Trots ben ik op de producties die we sindsdien met elkaar hebben neergezet. We hebben onze vooraanstaande positie in het culturele landschap meer dan waargemaakt. Het is tijd voor nieuw leiderschap, voor iemand die met een eigen artistieke visie de opera nieuw elan geeft.’

De procedure om een opvolger te zoeken is inmiddels gestart. De raad van toezicht heeft per 1 oktober Bart van Meijl tot interim-directeur benoemd.