DNO, Reisopera en Opera Zuid gaan jaarlijks coproduceren
De directeuren van De Nationale Opera, de Nederlandse Reisopera en Opera Zuid hebben in Maastricht een convenant ondertekend om hun samenwerking op het gebied van talentontwikkeling te intensiveren. De drie gezelschappen gaan onder meer ieder jaar een coproductie maken.
Sophie de Lint (directeur DNO), Bart van Meijl (interim directeur Reisopera) en Waut Koeken (intendant Opera Zuid) zetten donderdag in het decor van hun aanstaande coproductie L’elisir d’amore een krabbel onder het convenant. Volgens de drie huizen is het voor het eerst dat de ambitie om samen op te trekken zo expliciet uitgesproken wordt.
De drie gezelschappen werken al samen in De Nationale Opera Studio, die bij DNO in Amsterdam gevestigd is. In het convenant zijn afspraken gemaakt over de samenwerking rondom de studio. De komende seizoenen zullen zangers en alumni van het talentprogramma regelmatig op de nationale podia te zien zijn, aldus de gezelschappen.
Concreet resultaat van het convenant is een jaarlijkse coproductie, die door het hele land te zien moet zijn. De aanstaande productie van L’elisir d’amore is de aftrap (première via OperaVision op 23 mei om 20.00 uur). Volgend jaar volgt het project Orphée|L’amour|Eurydice van regisseur Robin Coops en virtual reality-regisseur Avinash Changa.
Waar L’elisir d’amore nog door zangers uit de studio opgevoerd wordt, zal er in toekomstige producties ook ruimte worden gemaakt voor jonge Nederlandse of in Nederland opgeleide zangers. Daarnaast moeten de coproducties ontwikkelmogelijkheden voor theatermakers, componisten en artistieke teams bieden.