Sopraan Edita Gruberova is op maandag 18 oktober overleden. Gruberova gold als één van de grootste zangeressen in het belcantovak. Meer dan vijftig jaar stond ze op het operatoneel.

Edita Gruberova had vele bijnamen. ‘Primadonna assoluta’, ‘koningin van de coloraturen’ en ‘Slovaakse nachtegaal’ waren er een paar. Ze was niet bij iedereen geliefd, maar was zonder twijfel een grote persoonlijkheid op de operabühne, met een onmiskenbare stijl.

Gruberova studeerde in haar geboortestad Bratislava, waarna ze in 1968 haar operadebuut maakte. Ze maakte naam met rollen van onder anderen Mozart, zoals de Königin der Nacht in Die Zauberflöte, en Zerbinetta in Ariadne auf Naxos van Strauss, de rol waarmee ze in de jaren zeventig internationaal doorbrak. Echt beroemd werd ze echter met het belcantorepertoire van met name Donizetti en Bellini.

De grote operahuizen in de wereld vielen al snel voor de techniek en stijl van Gruberova. Met de Wiener Staatsoper bouwde de zangeres een hechte band op. Na haar debuut als de Königin der Nacht in 1970 keerde ze telkens weer terug bij het huis; meer dan zevenhonderd keer stond ze er op de bühne. In 2018 vierde ze haar 50-jarige jubileum in Wenen. Datzelfde jaar nam ze afscheid. In een reactie op haar overlijden roemt de Staatsoper Gruberova als ‘een legende van de operawereld’.

Gruberova trad in maart 2019 voor het laatst op in een geënsceneerde productie, Roberto Devereux in Zürich. Place de l’Opera-correspondent en Gruberova-bewonderaar Alessandro Anghinoni schreef destijds een persoonlijke ode aan de sopraan.

Gruberova overleed in Zürich, 74 jaar oud.