FeaturedRecensies

Loevendie deelt meeslepende memoires

Componist Theo Loevendie, die verschillende grote en kleine opera’s schreef, stelde aan de hand van zijn herinneringen de autobiografie Memoires van een componist samen. Zonder opsmuk en met kennelijke verbazing vertelt Loevendie over de lijnen tussen de Amsterdamse Kinkerbuurt en het Concertgebouw.

In ‘Memoires van een componist’ blikt Theo Loevendie in 95 hoofdstukken terug op zijn leven. (foto Teo Krijgsman)

Over zes weken wordt Theo Loevendie 88. Muziek maakt al sinds het begin van zijn leven deel uit van zijn bestaan. Hij speelde als kind piano – alleen bij muziekschool Zwaag, want een eigen instrument zat er niet in – en kocht voor zeven gulden zijn eerste gitaar. Een trompet leek hem ook wel een geschikt instrument, maar toen de man die over de bruikleeninstrumenten van de Postharmonie ging moest melden dat die op waren, werd het de klarinet. Hij zou er als jazzmusicus beroemd mee worden.

Nog maar piepjong ging Theo geregeld met de muziek mee, herinnert de componist zich. Zijn fascinatie voor de klank en het samenspel van een voorbijtrekkende harmonie of fanfare was zo groot dat hij alles vergat en letterlijk met de muziek meeliep, tot ver buiten de wijk waar hij opgroeide, de Amsterdamse Kinkerbuurt. Zijn moeder moest hem verschillende malen als vermist opgeven op politiebureau Overtoom.

“De Kinkerbuurt en Bach lagen ver uit elkaar”, zei Loevendie in een interview dat Place de l’Opera met hem had tijdens de voorbereiding van zijn opera The Rise of Spinoza in 2014. Toch werd die onmetelijke culturele afstand overbrugd dankzij zijn onderwijzer, meester Können. Die nam de negenjarige Theo mee naar zijn eerste concert, in de Amsterdamse Westerkerk. Op het orgel werd Bach gespeeld en de jonge Loevendie was daar zo door gegrepen dat hij zelf fuga’s begon te schrijven. Het schriftje met die eerste nog onbeholpen composities is tot grote spijt van de componist zoekgeraakt.

Jard van Nes

Opera was er al vroeg in het leven van Loevendie, al was zijn liefde voor de Jordanese, volkse variant van het genre niet heel groot. “In mijn kinderjaren had ik een hekel aan opera, dat voor mij non-Nederlandse pathetische genre dat in Amsterdam overal te horen was op bruiloften en partijen”, schrijft hij in zijn boek. Een toevallige confrontatie met Don Giovanni van Mozart veranderde zijn beeld. In het interview uit 2014 noemde Loevendie de opera’s Don Giovanni en Boris Godoenov zijn favoriete werken.

Loevendie was 55 jaar toen hij zijn eerste opera componeerde. In zijn autobiografie haalt hij herinneringen op aan de totstandkoming van Naima, geschreven in opdracht van Hans de Roo, de intendant van De Nederlandse Opera. Mezzosopraan Jard van Nes kwam bij Theo thuis overleggen over haar rol in het stuk en bleek bij die eerste ontmoeting geenszins de operadiva die Loevendie zich had voorgesteld. “Het eerst wat ze onder het uitroepen van ‘wat een troep’ deed, was zich op de in de keuken opgestapelde afwas storten”, zo staat in het boek.

Na de première van het bijzondere werk schreef de krant: “dit gaat de wereld over”, maar het werd op dat punt een teleurstelling. “Niet dus”, is de conclusie. Ondanks pogingen van Jard van Nes en Annett Andriesen is een herneming er nooit van gekomen. In die periode werd Pierre Audi intendant van De Nederlandse Opera. Die wilde niets herhalen, maar zijn eigen dingen doen en bleek niet bereid Naima opnieuw te programmeren.

Wel deed Audi de regie van een volgend stuk, de kameropera Gassir, the Hero voor het Holland Festival van 1991. “Bij het begin van de repetities miste ik wel iets van humor, lichtheid”, noteert Loevendie zuinigjes over de regie. Dat dezelfde intendant niets liet horen rond de première van The Rise of Spinoza, waar hij al een halfjaar voor datum voor uitgenodigd was, stelde Loevendie overduidelijk teleur.

Spinoza

The Rise of Spinoza was één van Loevendies grootste vocale werken, het resultaat van een opdracht van de NTR ZaterdagMatinee. Programmeur Kees Vlaardingerbroek inspireerde Loevendie tot het maken van een werk over zijn jeugdheld, de denker Baruch Spinoza. De openingsscène op de markt heeft een autobiografische achtergrond, beschrijft de componist. “Ik heb zes weken zitten ploeteren op die scène.” De stemmenchaos van het marktgeluid mocht muzikaal niet chaotisch zijn.

Blokfluitist Erik Bosgraaf kreeg – nadrukkelijk als één van de vocale solisten – een rol in het geheel. De cd-opname van de uitvoering, met countertenor Tim Mead in de titelrol en onder anderen Marcel Reijans en Katrien Baerts, is recent verschenen.

Met een jeugd in een armoedige omgeving en een gebroken gezin, lag een loopbaan als musicus, componist, conservatoriumdocent en vernieuwer van de muziek niet erg voor de hand. Van de accordeon, de fanfare en het draaiorgel uit zijn jeugd ontwikkelde Loevendie zich tot een componist die zich – lang voordat het mode was – openstelde voor invloeden van muziek uit andere delen van de wereld. Zijn band met Turkije, door zijn eerste huwelijk, speelt een belangrijke rol in zijn werk.

Memoires van een componist is informatief, omdat het boek het leven van een belangrijke Nederlandse kunstenaar beschrijft. Het ontroert ook, omdat Loevendie na bijna 88 jaar zelf nog niet is bekomen van de verwondering over hoe het jongetje uit de Kinkerbuurt zo’n rijk artistiek leven kon hebben.

Schrijver Kees van Kooten zei eens over Theo Loevendie: “Wie ooit het voorrecht geniet hem te horen vertellen, zal met open mond aan zijn lippen blijven hangen totdat hij is uitgesproken. En dat kan gelukkig wel even duren.” In zijn memoires duurt het genoegen niet minder dan 95 hoofdstukken.

Memoires van een componist is verschenen bij uitgeverij Prometheus. Nieuw werk van Theo Loevendie is te horen tijdens de Cello Biënnale in oktober. De NTR ZaterdagMatinee heeft voor de komende jaren werken van Loevendie op het programma staan. De cd van The Rise of Spinoza verscheen recent bij Attaca.

Vorig artikel

YouTube-portret: Così fan tutte

Volgend artikel

KCO beëindigt samenwerking met Gatti

De auteur

François van den Anker

François van den Anker

François van den Anker is muziekjournalist. Hij doet verslag van de wereld van opera en lied met interviews, reportages en podcasts.