Annemarie Kremer is prachtige Violanta
Het Teatro Regio Torino voerde in januari 2020 Violanta op. Dynamic heeft de productie op dvd en blu-ray uitgebracht. De titelheldin in de vroege opera van Korngold werd overtuigend vertolkt door de Nederlandse sopraan Annemarie Kremer.
Erich Wolfgang Korngold schreef deze eenakter toen hij pas 18 jaar was en het werk werd bij de première in 1916 zeer goed ontvangen. Vier jaar later kwam het echt grote succes in de vorm van Die tote Stadt, de opera waaraan Korngolds naam voor altijd verbonden zou blijven.
De muziek van Violanta wijst nadrukkelijk vooruit naar Die tote Stadt, maar er zijn beslist ook orkestrale passages te horen die later vooral met filmmuziek zouden worden geassocieerd. Niet een grote carrière in Wenen, maar in Hollywood stond voor deze wonderboy kennelijk in de sterren geschreven.
De vocale lijnen liggen gemakkelijk in het gehoor, maar zijn zo geschreven dat zelfs iemand als Annemarie Kremer, die er vaak genoeg blijk van heeft gegeven de hoogte niet te duchten, bij vlagen behoorlijk moet forceren. Kennelijk heeft de jonge Korngold hier iets te veel de oren laten hangen naar een werk als Elektra. In Die tote Stadt behandelt hij zijn solisten in elk geval een stuk vriendelijker.
Liefde en haat
Violanta gaat over een loverboy die vrouwen in het verderf stort in het Italië van de zeventiende eeuw. Deze Alonso is de bastaardzoon van de koning van Napels, die zichzelf als het ware heeft moeten opvoeden nadat zijn moeder in het kraambed stierf. Hij heeft een ongelukkig leven geleid en is op zoek naar ware liefde, maar in de tussentijd vult hij zijn bestaan met ‘lege seks’.
Violanta’s zuster Nerina, die als novice in een klooster zat, is door Alonso verleid, waarna ze zichzelf heeft verdronken. Tijdens het carnaval in Venetië weet Violanta de daar aanwezige Alonso weg te lokken uit een zwerm vrouwen en hem incognito een afspraak voor die avond bij haar thuis te geven. Ze haat Alonso tot in het merg en wil hem door haar man Simone laten doden. Maar tegelijkertijd vreest ze een mogelijke omslag in haar gevoelens. Liefde en haat zijn beide irrationeel en zodoende inwisselbaar als intiem contact zijn intrede doet.
Dat is precies wat er gebeurt. Alonso vertelt zijn tranentrekkende verhaal en zij gaat voor gaas, ook omdat haar leven als oppassende nette vrouw van een hooggeplaatste officier leeg en ongelukkig is. Als haar man Simone op het afgesproken teken binnenkomt om Alonso aan het zwaard te rijgen, vangt ze de klap voor hem op. Stervend bedankt ze haar echtgenoot dat hij haar weer tot zijn vrouw heeft gemaakt, keurig en net zoals het hoort, liever dood dan geschonden. Alonso kijkt het even aan en verwijdert zich dan stilletjes.
Moeilijk te duiden
Pier Luigi Pizzi neemt zoals gebruikelijk de gehele productie voor zijn rekening. De enscenering komt overeen met de ontstaansperiode van de opera, aanvang twintigste eeuw. Er zijn fraaie kostuums. Het decor heeft veel toneelrood, waarin een brede rode sofa het kernpunt vormt. De blik op Venetië wordt gegeven in de vorm van een grote ronde opening op het achtertoneel. Dat is tamelijk realistisch gedaan, zoals van Pizzi te verwachten, met de suggestie van langsvarende gondels.
De rol van de uiteindelijk toch bedrogen echtgenoot Simone komt voor rekening van de Duitse bariton Michael Kupfer-Radecky – verdienstelijk, maar niet bijzonder. Het grote duet ‘Warum sagst du mir das?’, waarin Violanta haar plan ontvouwt en tegelijkertijd haar zorg uitspreekt dat het beoogde slachtoffer misschien al onder haar huid is gekropen, volbrengt hij met moeite. Eigenlijk had Korngold hier beter een tenor kunnen voorschrijven.
Die rol is echter gereserveerd voor de grote verleider met het treurige verhaal. Alonso wordt bij vlagen erg mooi vertolkt door de Amerikaanse tenor Norman Reinhardt, maar ook hij heeft z’n moeilijke momenten. Overigens is dit een personage waar ik geen moment enige sympathie voor kan opbrengen en dat zegt vooral iets over Violanta.
Violanta is moeilijk te duiden. In een interview wordt Pizzi de vraag gesteld of Freud hier een passende invalshoek kan leveren, waarop hij antwoordt: ‘Laten we die maar niet wakker maken.’ Pizzi ziet het niet zo gecompliceerd. Violanta is ongelukkig en daardoor ten minste tijdelijk vrij gemakkelijk van het door haar steeds verkozen rechte pad te brengen.
Annemarie Kremer staat ongeveer een uur onafgebroken op het toneel en heeft veel te zingen. En dat doet ze uitstekend, ook met prachtig acteerwerk. Dat het hier en daar niet allemaal even mooi klinkt, kunnen we haar niet euvel duiden, dat is te wijten aan de onervarenheid van de jonge componist.
Na de cd-opname van Das Wunder der Heliane is deze Violanta Kremers tweede Korngold. Het is te hopen dat ze Heliane en Die tote Stadt ooit nog eens kan zingen in een voorstelling die bedoeld is voor een video-opname.