Grootse Medea live from The Met
Luigi Cherubini schreef een groot aantal opera’s maar is vooral bekend van zijn Médée uit 1797. Dit vrijwel vergeten werk is herontdekt door Maria Callas, opnieuw uit de belangstelling verdwenen en in deze eeuw weer op de kaart gezet door Anna Caterina Antonacci. Ik zag haar in 2005 in het Théâtre du Châtelet in deze rol, een memorabele voorstelling.
In de Metropolitan Opera was het werk nog nooit geprogrammeerd en de productie van David McVicar waarmee dit seizoen werd geopend was derhalve een dubbele première voor The Met. De opera werd gegeven in het Italiaans, de versie die door Callas zo beroemd is geworden. Op 22 oktober werd de matinee live in HD uitgezonden. Zoals gebruikelijk zag ik de uitzending in Pathé Filmtheater Schouwburgplein te Rotterdam.
Als het doek opgaat bevinden we ons aan het hof van Ruritanië of een vergelijkbaar operettelandje. Er is een bruiloft aanstaande en iedereen is opgewonden vrolijk, behalve de bruid die donderwolken aan de hemel ziet opdoemen. Maar als Iasons kompanen, de Argonauten, binnen komen buitelen en het Gulden Vlies plus andere giften tentoonstellen is het weer vrolijkheid alom. Vooral ook doordat ze zijn uitgedost als piraten en zich gedragen alsof hun optreden een operette van Gilbert & Sullivan betreft. Daarmee zetten Mc Vicar, die ook verantwoordelijk is voor de decors, maar vooral kostuumontwerper Doey Lüthi, de toeschouwer nadrukkelijk op het verkeerde been.
Entree
We moeten er een half uurtje op wachten, maar dan verschijnt Medea, de ultieme wedding crasher, en worden de bange voorgevoelens van Glauce, Iasons bruid en dochter van de koning van Corinthe Creonte, alsnog bewaarheid. Niks Ruritanië en vrolijke operette, we kijken naar een beroemde klassieke tragedie die een gitzwart einde zal krijgen. Medea is gekleed in een eenvoudige lange zwarte jurk en mede dankzij haar reputatie als tovenares doet ze bij haar entree iedereen verschrikt terugdeinzen, al herpakt Creonte zich snel. Als het decor wisselt, bevinden we ons buiten het paleis dat dreigend oogt als een burcht en van enige joligheid is geen sprake meer.
Iason(Giasone*) heeft in Colchis, een barbaars koninkrijkje ergens in het huidige Georgië, het Gulden Vlies gestolen, een inside job dankzij de hulp van koningsdochter Medea. Op de vlucht heeft ze haar halfbroer in stukken gesneden en overboord gegooid om de achtervolgers af te schrikken, zo wil het verhaal. Na de nodige omzwervingen waarbij ze nergens lang welkom bleken, wil Iason zich vestigen in Corinthe, waar hij als kind is opgevoed en nog heeft geknikkerd met Glauce. Door een huwelijk met haar kan hij voor zijn twee zonen een veilige plek vinden en natuurlijk op termijn koning van Corinthe worden. Daartoe heeft hij Medea verstoten, de vrouw die uit liefde voor hem al haar schepen achter zich heeft verbrand. En nu komt ze zich wreken.
Hoewel Medea bij haar entree met hel en verdoemenis heeft gedreigd als het huwelijk doorgang zou vinden, laat ze zich in de daarop volgende scène met Iason van een andere kant zien. Ze bewerkt hem als een vrouw die door roeien en ruiten wil gaan om haar man niet te verliezen: smeken, vleien dreigen en van alles ertussenin. Iason wankelt, maar houdt stand; Medea heeft het pleit verloren.
Wraak
Nu rest alleen nog wraak waarbij ze vaststelt dat het jammer is dat hij geen vader of broers heeft die ze zou kunnen treffen om het hem te straffen voor zijn verraad. Het wordt allengs duidelijk: alleen door Glauce te doden en Iasons zonen te vermoorden kan ze zich volledig op hem wreken. En zo gebeurt het ook. In de benadering van toneelschrijver Franz Grillpartzer uit 1822 speelt hierbij mee dat ze haar zonen een smadelijk bestaan als koekoeksjongen aan het Corinthische hof wil besparen en hen maar beter direct ‘naar de goden kan brengen’. In die visie heeft Medea iets van Magda Goebbels. In de opera blijft dit aspect op de achtergrond. Na de jongens met haar vertrouweling Neris te hebben weggestuurd realiseert ze zich plotseling wie ze is: Medea de gesmade tovenares. McVicar laat haar vooral zien als een furie die haar eigen reputatie wil redden.
In de schaduw
Glauce werd redelijk goed vertolkt door sopraan Janai Brugger, niet echt voluit gezongen en een tikje onzeker, zo leek het. Dat kan ook opzettelijk zijn geweest natuurlijk gelet op de twijfels en angsten die haar personage teisteren. Michele Pertusi als Creon viel me een beetje tegen, hij lijkt niet meer de fraaie basstem in huis te hebben waarmee hij zoveel succes heeft geboekt. Matthew Polenzani, zo langzamerhand de tenor van dienst in de Met, haalde zo ongeveer alles uit de rol van Iason maar bleef net als zijn personage in de schaduw van zijn tegenspeelster. Iason is een opportunist die gemakkelijk aan het twijfelen kan worden gebracht en al snel achter de feiten aanloopt. Creons moment van weekhartigheid wordt Iason, Glauce en de twee kinderen noodlottig.
Mezzo Ekaterina Gubanova vertolkte haar fraaie solo waarin ze Medea van haar eeuwige trouw en volgzaamheid probeert te overtuigen op ontroerende wijze. Medea krijgt hier even rust, ze staat verder vrijwel voortdurend te zingen. En in stilte beraamt ze haar ultieme wraakoefening. Neris krijgt nog spijt van wat heeft gezegd. En dan de vrouw waar alles om draait: Medea.
Emotionele rollercoaster
Peter Gelb (de general manager van de Met) vertelde in een interview vooraf dat Sondra Radvanovsky na het vertolken van Norma te kennen had gegeven ooit in de Met Medea te willen zingen. En zo geschiedde. Die twee rollen liggen natuurlijk in elkaars verlengde: twee bedrogen vrouwen die hun kinderen willen doden om zich op hun vader te wreken. Norma ziet er vanaf, Medea doet het echt. Radvanovsky was de zesde sopraan die ik deze rol live hoorde vertolken en ze liet de concurrentie met gemak achter zich. Alleen Antonacci komt in de buurt maar die hoorde ik de Franse versie waar toch wat minder dreiging en agressie van uit gaat.
Radvanovsky nam het toneel bij aankomst in bezit en stond het niet meer af. In de slotscène zingt ze dat haar wraak is voltooid en McVicar laat achter haar ook nog eens de gehele stad in vlammen opgaan. Daar tussen wordt je meegenomen op een emotionele rollercoaster. Medea heeft onze sympathie en ook al ontpopt ze zich tot moordenares, ze blijft nog lange tijd onze moordenares. Dat Glauce en Creon het loodje leggen is bijkomende schade, pas als ze die twee schichtige bange jongetjes vermoordt, mooi gespeeld door die twee kinderen, haken we af. Zo verging het mij althans.
Complete vertolking
De rol vergt een groot stembereik en Radvanovsky doorstond deze test met glans. Haar volume in de lage passages was opvallend stabiel en in de hoogste passages wist ze opmerkelijk zacht te zingen. Het was al met al een zeldzaam fraaie complete vertolking. Maar wat haar tot een echte Medea maakte was haar acteren. De emoties die ze oproept maakten dat ik een van die zeldzame avonden beleefde waarin ik helemaal door de protagonist werd meegenomen. Gelukkig gebruik ik geen makeup. Voordeel van een verfilming is dat je haar ook nog regelmatig in closeup te zien kreeg wat in dit geval een enorme meerwaarde bleek te hebben. Deze productie met Radvanovsky is er eentje om in te lijsten of op zijn minst op dvd uit te brengen.
Tenslotte de bijdrage van koor en orkest. Het koor voldeed prima, het orkest onder de stuwende zeer enthousiaste leiding van Carlo Rizzi ontpopte zich als de spreekwoordelijk extra speler in de bak. De zanglijnen in dit werk worden regelmatig versterkt door het orkest, in lock step zogezegd. Op andere momenten geeft het orkest juist commentaar, vooral door solo’s van de houtblazers. Met de ‘sinfonia’ waarmee het werk wordt geopend gaven Rizzi en zijn orkest een visitekaartje af, daarna waren ze op voortreffelijke wijze dienstbaar aan het gebeuren op het toneel, perfect gedaan.
Grootse Medea
Ondanks wat minimale kanttekeningen kan ik niet anders concluderen dan dat dit een grootse Medea was, zoals nadrukkelijk gesteld in de kop van deze bijdrage. De wegblijvers kregen ongelijk en dat waren er helaas veel te veel. Met nog geen 40 bezoekers was de zaal sterk onderbezet. In het verleden waren dat er toch altijd wel een paar honderd. De liefhebbers moeten de gang naar de bioscoop duidelijk opnieuw zien te vinden. En dit seizoen biedt daarvoor alle aanleiding.
Verder lezen, luisteren en kijken
Deel van de aria ‘Dei tuoi figli la madre” uit Medea met Sondra Radvanovsky
En nog een scene uit Medea met Sondra Radvanovsky en Matthew Polenzani.
Wie meer wil weten over wat Medea beleeft en hoe ze tot haar gruwelijke daad komt zou het boek Medea. Stimmen van Christa Wolf eens moeten lezen: Medea: Stimmen