Van Zwedens intense 1ste akte Walküre
Driemaal een uitverkocht huis kon het Koninklijk Concertgebouworkest oogsten voor uitvoeringen van het eerste bedrijf uit ‘Die Walküre’. Zou het hebben geholpen dat Jaap van Zweden voor dit project werd uitgekozen? In ieder geval werd hij zondagmiddag aan het einde van de laatste uitvoering duidelijk toegejuicht. Terecht, want hij creëerde met het fantastisch spelende orkest een intense weergave van Richard Wagners beeldende muziek.
De vraag drong zich op hoe lang we moeten wachten voor Van Zweden de kans krijgt om een hele Ring te doen met dit orkest. Een complete ‘Walküre’ zou al mooi zijn, ook al moet het KCO dan diep in de buidel tasten voor een grote stoet aan solisten. Nu kon worden volstaan met een trio: de tenor Stuart Skelton als Siegmund, de sopraan Anja Kampe als Sieglinde en Kwangchul Youn als Hunding. Een droombezetting.
Slok vooraf
Wat betreft Skelton was het een gelukkig weerzien en weerhoren, want hij zong Siegmund ook in de uitvoering van de complete opera in de zaterdagmatinee in november 2019, eveneens onder leiding van Jaap van Zweden, met het Radio Filharmonisch Orkest. Nog vóór Sieglinde hem ‘ein Quell’ had kunnen aanbieden, nam hij al een flinke slok uit een fles, alvorens het iconische begin te zingen: ‘Wes Herd dies auch sei, hier muss ich rasten’. Er zouden nog meer slokjes volgen. Stemproblemen leek Skelton echter niet te hebben. Hij bevestigde zondagmiddag zijn indrukwekkende vertolking van destijds, zoals in zijn relaas ‘Ein Schwert verhiess mir der Vater’ met de verraderlijke climax ‘Wälse, Wälse’, met gloed ondersteund door het bataljon violen. Hoe heerlijk klonk de trompet in het aansluitende ‘Was gleisst dort hell im Glimmerschein?’
Het was de triomf van de uitvoering dat Van Zweden met een prachtig gevoel voor détails de sfeer van de scènes liet uittekenen. De spanning dat Hunding gaat binnenkomen in de inleiding tot de tweede scène was intens. Of de expressieve inleiding tot het liedachtige ‘Winterstürme wichen’, door Skelton weer net zo prachtig voorgedragen als destijds in 2019.
Kampe doorkneed
Van Zweden had stevig greep op het orkestrale aandeel met zijn opvallend hoekige slag en zijn beeldende handgebaren. Zo droeg hij Sieglinde op handen in haar vertelling ‘Eine Waffe lass mich dir weisen’. Met kleur en kracht zong Anja Kampe deze lange passage; met dramatische stemverheffing klonk haar ‘Auf mich blickt er’. In het gemak waarmee zij haar rol zong, en ook speelde met kleine accenten in gebaren en lichaamshouding, was te merken dat zij doorkneed is in Wagner. In afgelopen najaar zong zij alle drie Brünnhilde-partijen in een Ring-reeks de Berlijnse Staatsoper.
Compact en glorieus van klank begeleidden de bespelers van de Wagner tuba’s het gulle welkom ‘Heilig ist mein Herd’ van Hunding, door Kwangchul Youn met een majesteitelijke bas gezongen. Venijn legde hij in zijn stem om zijn wraakgevoelens uit te drukken jegens zijn gast als hem duidelijk wordt een vijand onderdak te bieden. Van Zweden trok de spanning mooi door in het aansluitend, lange tussenspel dat leidt naar de boosaardige toevoeging ‘Mit Waffen währt sich der Mann’.
Klarinet-virtuoos
Het KCO combineerde het Walküre hoofdgerecht met een voorgerecht in de vorm van een spiksplinternieuw concerto voor klarinet en orkest. In opdracht van het KCO gecomponeerd door de Britse Anna Clyne, met de uitvoerend solist in gedachten, de Zweed Martin Fröst, alias de dansende klarinettist.
Clyne schreef voor hem een virtuoos, vijfdelig werk, waarvan elk deel vijf minuten duurt. Zelden hoorde ik een eigentijdse compositie met zo’n melodieuze inhoud als dit concert. Een begin dat je oren meteen meevoert in de vaart van de muziek is een verrassing op zich. Achter de titel ‘Weathered’ (zoiets als aangetast, roestig) schuilen vijf begrippen: metaal, hart, steen, hout en aarde, die Clyne in kleurrijke muzikale jasjes stak. Zij had wat mij betreft ook begrippen als adagio (voor het tweede deel hart) en scherzo (voor het deel steen) kunnen gebruiken.
In ieder geval zitten alle delen vol virtuoze en expressieve momenten, helemaal geschreven op het enorme vermogen van Martin Fröst om zijn instrument naar believen te laten zingen en kreunen, waarbij hij zich lichamelijk in allerlei bochten wringt. Heel spannend om naar te luisteren en om te zien. Dat heeft hem enorm populair gemaakt, zoals bleek uit het euforisch applaus dat hem ten deel viel. Wagner schreef overigens ook mooi voor klarinet. Daar waar Anja Kampe zong ‘Des seimigen Metes süssen Trank mögst du mir nicht verschmähen’ omspeelde de KCO klarinettist haar met honingzoete klank. Chapeau.
Verder lezen, luisteren en kijken