Spectaculaire Adriana Lecouvreur Duisburg
Na de plotselinge afgelasting van een geprogrammeerde nieuwe productie van Andrea Chénier vorig seizoen, ging de Deutsche Opera am Rhein naarstig op zoek naar een vervangend werk in een vergelijkbaar genre. Het leidde tot de overname van een productie van Staatstheater Mainz en wel Cilea’s opera Adriana Lecouvreur. Na een reeks voorstellingen in Düsseldorf is het werk momenteel in Duisburg te zien. De voorstelling op 21 januari was een groot succes.
Francesco Cilea is een van die operacomponisten die hun bekendheid danken aan een enkel werk, in zijn geval Adriana Lecouvreur. De opera ging op 26 november 1902 in Milaan in première. Adriana is een mooi voorbeeld van een bijna vergeten opera die plotseling in de belangstelling komt te staan doordat meerdere huizen zich er over ontfermen. Uiteraard is dat geen artistiek altruïsme, maar veeleer een tactiek om de kosten te drukken en het risico te spreiden. Dat wil overigens niet zeggen dat het werk nooit eens ergens te zien was. La Scala heeft het al decennia op het repertoire en bij tijd en wijle wordt het weer eens ten tonele gevoerd. Zo ook in 2007 met Daniela Dessi en Fabio Armilliato in de hoofdrollen. Deze productie uit de jaren ’80 is op dvd verkrijgbaar met Mirella Freni in de titelrol.
Het was mijn eerste bezoek aan La Scala en ik heb er mooie herinneringen aan. Uiteraard was Adriana ook te horen in de ZaterdagMatinee. In 1965 vertolkte Magda Olivero* de titelrol en zelfs op cd is te horen hoe prachtig ze kon acteren dat ze dood ging. En in 2006 stond Nelly Miricioiù als Adriana op het toneel, haar revanche na de mislukte Norma bij DNO het jaar daarvoor.
Inhoud
Adriana Lecouvreur is een gevierd actrice aan de Comédie Francaise, zo rond 1700. Zij is verliefd op een officier uit het gevolg van de graaf van Saksen, die in werkelijkheid de graaf zelf is. Deze probeert zich tot koning van Polen te laten kronen en heeft daar Franse hulp bij nodig. Daartoe maakt hij de invloedrijke Prinses van Bouillon het hof. De Prins van Bouillon heeft zo zijn eigen besognes, hij is regelmatig aan de Comédie vanwege zijn maîtraisse Duclos, een collega van Lecouvreur. Verder is hij een gevorderd amateur chemicus die een vluchtig poeder heeft weten te maken dat bij inademing delirium en een snelle dood tot gevolg heeft. Gaandeweg komt Adriana achter de ware identiteit van haar officier en ontdekt de prinses dat ze haar aanbidder moet delen met een ander, en nog wel een actrice. Dat geeft uiteraard problemen en die leiden uiteindelijk tot Adriana’s dood.
De gimmick in het verhaal is een bosje viooltjes. Adriana geeft het aan Maurizio, deze geeft het op zijn beurt aan de Prinses. In de laatste akte ontvangt Adriana een kistje met daarin de verlepte viooltjes. Deze zijn vergiftigd met het poeder dat de Prinses van haar echtgenoot heeft ‘geleend’. Als Adriana deze aan haar lippen brengt, wordt ze onwel en sterft kort daarna. Kort na het begin van de handeling zingt Adriana ‘Io sono l’umile ancella’ waarin zij aangeeft slechts de nederige dienares van de kunst te zijn. De muzikale lijn van deze aria vormt zo ongeveer de enige pijler waarop de rest van het werk rust. Cilea heeft zeer pakkende muziek gecomponeerd die de handeling uitstekend ondersteunt, maar melodisch is het niet zeer gevarieerd. Aan het einde zingt Adriana nog de tweede hit waar de opera om bekend staat, ‘Poveri fiori’ als ze de verlepte viooltjes aanschouwt en zodoende wordt herinnerd aan het verlies van haar minnaar Maurizio. Adriana Lecouvreur staat daarom ook wel bekend als de opera met de twee hits.
Hollywood
Enscenering, decors en kostuums komen voor rekening van Gianluca Falaschi die zodoende zijn geheel eigen stempel op de productie heeft kunnen drukken. Hij toont Adriana in de eerste akte als een diva die doet denken aan Norma Desmond uit Sunset Boulevard, als ze tenminste wat langer in leven zou zijn gebleven.
We bevinden ons duidelijk in het Hollywood van de jaren ’40, ook met Art Déco accenten in de decors. Gaandeweg verschuift het accent naar de glitterwereld van Fred & Ginger en krijgt de handeling een variété karakter. Tijdens het feest ten huize van de Prins van Bouillon gaat Falaschi helemaal los met een overweldigende show en een aankondiging van Adriana’s optreden in enorme oplichtende letters. Het ballet heeft de vorm van een schoonheidswedstrijd, georganiseerd door de Abbé die hier als ceremoniemeester mag optreden in een luidruchtig speelpakje.
Om de handeling meer in lijn te brengen met de Hollywoord context is de tekst hier en daar een beetje aangepast. Maurizio heeft in deze bewerking de protectie van de Prinses van Bouillon nodig om de hoofdrol te krijgen in de film Le conte di Sassonia. Het ingelaste verhaal, waarin hij zingt over zijn wapenfeiten en refereert aan het beleg van Bendery, is flink omgegooid om die reden. Eigenlijk is dat een verbetering omdat het nu tenminste een functie heeft in de handeling.
De cast was gelijk aan die van de eerste reeks in Düsseldorf. Meestal staan er in Duisburg wat minder aansprekend namen op het affiche dan in de andere speelstad, maar deze keer was men van die gewoonte afgeweken. Omdat de Duisburger Philharmoniker het betere orkest is van de twee had het publiek het in muzikaal opzicht dus prima getroffen.
Uitstekende cast
Tenor Eduardo Aladrén gaf een uitstekende vertolking van Maurizio, gevangen in een conflict tussen zijn ambitieuze manipulerende publieke kant en zijn naar echte liefde verlangend private zijde.
Liana Aleksanyan overtrof als Adriana alle verwachtingen. Ik hoorde haar in 2011 als Amelia in Verdi’s I Masnadieri toen ze nog deel uitmaakte van het ensemble van de Aalto Oper. Het was een gelukkig weerzien met deze prachtige sopraan. Ze zong haar partij vlekkeloos en de twee hits werden met overgave vertolkt. Maar ook haar acteren was zeer goed verzorgd, vooral waar ze moet declameren. Ze is per slot van rekening een toneelactrice. Aleksanyan werd na afloop luid en langdurig bejubeld.
Mezzo Ramona Zaharia als Prinses van Bouillon was voor Aleksanyan een ideale tegenspeelster, echt vuurwerk tijdens hun vocale en verbale uitwisselingen. De typering catfight was hier zeker op zijn plaats. Zaharia gaf zeer geloofwaardig gestalte aan de invloedrijke vrouw die behalve de obligate abt als cicibeo ook nog een serieuze aanbidder heeft en daarbij berekening verwart met liefde.
Te oud
Nog niet genoemd is de figuur van Michonnet, de oudere regisseur die net als Hans Sachs voor Eva een ‘vaderlijke’ belangstelling heeft voor zijn jonge protegée Adriana en tegen het einde zichzelf moet overtuigen van het feit dat hij toch echt te oud voor haar is. Bariton Anoosha Golesorkhi was een mooie typecast in deze rol. Beniamin Popp als prins van Bouillon en Tae-Hwan Yun als de abbé zorgden voor ‘comic relief’ in de eerste akte met hun optreden als duo List en Bedrog.
De muzikale leiding was in handen van Péter Halász die kan terugkijken op een buitengewoon geslaagde voorstelling. Hij liet de niet geringe kwaliteiten van zijn orkest voluit tot hun recht komen. Dramatische accenten en verstilde momenten wisselden elkaar af met opvallend mooie bijdragen van individuele musici. De bijna etherische begeleiding tijdens Adriana’s sterfscène stak de zang van de diva bijna naar de kroon.
De opera is dit seizoen nog viermaal te zien in Duisburg, een absolute aanrader. Voor wie het werk ergens anders wil zien is er ook de mogelijkheid Adriana in Luik te bewonderen, vanaf 11 april.
Verder lezen, kijken en luisteren
De trailer van Adriana Lecouvreur van de Deutsche Oper am Rhein
Een audio opname met foto’s van Liana Aleksanyan als Adriana
In 2019 zag Lennaert van Anken de Adriana Lecouvreur productie in de Met Live in HD
In 2017 zag Laura Roling Liana Aleksanyan als Madama Butterfly in Aken.