Dirty Dutchess opera show met kuise seks
Een grote schelp rechts op het toneel vormde het uitgangspunt voor een nieuwe productie bij de Nederlandse Reisopera. Een schelp zoals we die kennen van het beroemde schilderij ‘De geboorte van Venus’. De schelp bij de Reisopera (ontwerp Dominque Wiesbauer) had ook, als een grote poederdoos, een deksel. Die klapte open op de sensuele muziek van een tango. Met een fraaie beweging kwam een vrouwspersoon omhoog in pikante uitdossing: de geboorte van een dirty duchess.
Die bijnaam werd gegeven aan een rijke Amerikaans-Schotse schoonheid, geheten Ethel Margaret Whigham. Zij ontwikkelde zich spoedig tot een hartstochtelijke ‘socialite’, een dame met veel connecties in de wereld van uitgaan en luxe. Aanvankelijk was ze degelijk getrouwd (ze kreeg drie kinderen), maar ze ging scheiden. Ze sloeg een Schotse edelman aan de haak, Ian Campbell, de hertog van Argyll.
Wazige polaroid
Vanaf dat moment was zij hertogin, duchess. Zij wentelde zich in luxe, in mode, in uitgaan en in affaires met andere mannen. Zij kreeg de bijnaam ‘Dirty Dutchess’ toen foto’s opdoken waarin zij een onbekende man (op de foto is geen hoofd te zien) bevredigt door hem af te zuigen. De nogal wazige polaroid vormde in afwisseling met foto’s van de hertogin, de achtergrond van het toneelbeeld voor de opera Powder her face.
In 1995, twee jaar na haar dood, schreven de Britse librettist Philip Hensher en componist Thomas Adès een zogeheten kameropera over de veelbesproken dame. Een gedurfde onderneming door twee jonge kunstenaars. Hensher was 30, Adès pas 24. In snelle scènes schetste Hensher de drijfveren en acties van de vrouw. Hij beperkte het aantal vocalisten/acteurs tot vier, waardoor in de opera dubbelrollen zitten.
Ook Adès beperkte de middelen: een ensemble van vijftien musici (leden van Phion) speelt een vol klinkend geheel. De muzikale stijlen lopen vrijwel moeiteloos door elkaar heen, van amusement tot serieuze schilderingen. Het klonk krachtig en met schwung vanuit de bak van het Wilmink Theater, geleid door gastdirigent Otto Tausk. Leuk détail: de hertogin krijgt van bewonderaars en minnaars allerlei cadeaux toegestuurd. Daarbij een zilveren roos. Bij het uitpakken zette componist Adès een miniem fragment onder die scène, het motiefje uit Der Rosenkavalier van Richard Strauss als Octavian een zilveren roos aanbiedt.
Drag duchess
Verrassingen te over: de voyante vrouw die uit de schelp oprijst, heeft een duidelijke mannenstem. Een drag queen (in dit geval een drag duchess) gaf het publiek een inkijkje in het bizarre leven van de hertogin. Perfect getypeerd door de Spaanse tenor Daniel Arnaldos. Het was een opstapje naar de echte duchess, genaamd Margaret, (in de opera Mrs. Freeling genoemd). ‘Ooit was er een toekomst, omdat er een verleden was’, zong zij met zwoele stem. De Amerikaanse sopraan Laura Bohn, thuis in zowel klassiek repertoire, jazz als musical, verbeeldde en zong met kleur en passie haar personage. In de regie van Paul Carr (zelf ook componist) is zij een echte ‘femme fatale’. Met Marlène Dietrich kon zij zeggen: Ich bin von Kopf bis Fuss auf Liebe eingestellt’.
De opera toont de langzame ondergang van de hertogin. In wervelende choreografieën, ontworpen door Carmine De Amicis, laten drie dansers in leren outfits en doorzichtig ondergoed zien in wat voor wereld zij zich wentelt. Ze heeft allerlei affaires die becommentarieerd worden door een dienstmeisje (een pittig zingende Alison Scherzer die met veel vrolijkheid haar rol in vult) en een jongeman (dubbelrol voor Daniel Arnaldos) die als ‘electrician’ staat aangeduid. Zij verlenen hand- en spandiensten, met als moment suprème de scène waarin zij een hotelpiccolo (ook Arnaldos) sexueel bevredigt.
Sierlijke dansen
Je zou denken dat de productie vol zit met geile handelingen en expliciet vertoonde seks, maar de show wordt gekenmerkt door kuise handelingen. De erotiek die de virtuoze dansers Nicky van Cleef, Ivan Montis en Davide Troiani uitstralen, bleef beperkt tot sierlijke dansfiguren waarbij aanrakingen met bijkans preutse gebaren werden gerealiseerd.
Bij de afzuigscène, met een chique woord ‘fellatio’ genoemd, uitgevoerd in de Venus-schelp, werd de handeling zo in beeld gebracht dat de piccolo met de rug naar de zaal stond, terwijl de knielende hertogin nauwelijks zichtbaar was. Thomas Adès schreef er een wat pieperig klinkende begeleiding bij. Weinig sprekend in vergelijking met de royale trombone solo die Dmitri Sjostakovitsj laat klinken in zijn opera ‘Lady Macbeth van Mtensk’ bij het (vroegtijdig) klaarkomen van Katerina’s aanrander.
Wrakkig wezen
Een mooie dubbelrol was weggelegd voor de sonore Britse bas-bariton John Savournin. Hij mocht zich hullen in de personage van de hertog van Argyll (die overigens ook in andere bedden kruipt), in de figuur van de rechter die de hertogin veroordeelt, en hij speelde de rol van de hotelmanager. De duchess verbleef zo lang als haar beurs goed gevuld was in een hotel, maar wanneer de bodem is bereikt, zet de manager haar de deur uit. Als een wrakkig wezen, gezeten in een rolstoel, verzet de ooit zo mooie, fantastisch geklede vrouw zich tegen de ondergang. Deze passage in het stuk was wel erg uitgesponnen, tot op het larmoyante af.
Nog te zien
Ook al is Powder her Face een kameropera, de twee bedrijven duren met pauze toch een volle avond, 2,5 uur. Nog te zien en horen in Leeuwarden (26 jan.), Maastricht (30 jan.) Utrecht (8 febr.) Zwolle (16 febr.) en Amsterdam Carré (18 febr.). Alle informatie is te vinden in onze agenda.
Verder lezen, luisteren en kijken
Een mini documentaire van De Nederlandse Reisopera over Powder her face.
Powder her face is niet de enige succesvolle opera van Thomas Adès. In 2012 oogstte hij veel succes met The Tempest en Jordi Kooiman schreef over de productie in New York.
De veelzijdige Laura Bohn ging in 2018 op tournee met muziek van Leonard Berstein.
Een interview met hoofdrol zangeres Laura Bohn verschijnt later op Place de l’Opera.