AchtergrondBuitenlandFeaturedInterviewsRecensies

Ton Koopman viert Bach bij 30 graden

Boerenkool in de zomer of appelbeignets. Ervaringen die dwars tegen alle gewoonten ingaan en daarom des te prikkelender zijn. Tot die groep behoort het uitvoeren en beluisteren van Bachs Johannes Passion buiten het seizoen. Er zijn maar weinig composities aan te wijzen waarin de kerkelijk-liturgische plaats zo doorwerkt in de concertagenda: de Matthäus Passion op Palmzondag en de Johannes op Goede Vrijdag. Rond die data galmt Bach door Nederland.

Op zondag 4 augustus galmde Bachs Johannes echter op een zeer warme zomerse dag door de kerk van het Franse stadje Saint Astier, gelegen in de Dordogne. Zo’n zevenhonderd liefhebbers, waarbij een dikke 150 Nederlanders, luisterden ademloos naar een dramatisch krachtige uitvoering onder leiding van Ton Koopman. Hoeveel keren hij dit meesterwerk leidde, weet hij niet.

Leden va het Amsterdam Baroque Orchestra& Choir in Saint-Astier, met staand achter het orgel Ton Koopman, rechts van hem Tilman Lichdi en links van hem Klaus Mertens. Foto:© Jean-Michel Bale

Een stukje geschiedenis. Als dirigent, klavecinist en organist droeg Koopman ruimschoots bij aan de Nederlandse passie-traditie sinds hij in 1973 voor de eerste keer meedeed aan de uitvoering van de Johannes in de Waalse Kerk te Amsterdam. Een legendarisch geworden project waar jonge musici aan deelnamen met een gretige belangstelling voor de barok. Destijds een nieuw te ontdekken gebied. Zij werden later allemaal beroemdheden in de barokmuziek: Philippe Herreweghe die het project dirigeerde en zijn koor Collegium Vocale Gent meebracht, Ton Koopman die zijn toenmalige barokorkest Musica Antiqua liet meespelen en diverse solisten van wie de mannen-alt René Jacobs en de basbariton Max van Egmond befaamd werden.

Itinéraire Baroque

De publieke bijval voor die uitvoering was zo groot, dat het project een jaar later werd herhaald. Voor Ton Koopman was het een opstap naar een vervolg. Goed ingespeeld reisde hij met zijn Musica Antiqua orkest naar Berlijn om deel te nemen aan een uitvoering in de Berliner Bachtage in samenwerking met een koor uit Beieren, de Tölzer Knaben geleid door Gerhard Schmidt-Gaden. Ook een Johannes Passion midden in de zomer, juli 1974. Vijftig jaar later profileerde Ton Koopman zich wederom met een zomerse ‘Johannes’. Nog wel bij temperaturen van 28 tot 30 graden, in het festival Itinéraire Baroque. Door Koopman opgezet in de Zuidfranse regio Dordogne. Samen met zijn huidige Amsterdam Baroque Orchestra en het daaraan verbonden eigen koor plus een fraai kwartet solisten, besloten zij het vierdaagse muziekfeest. Een immens applaus klaterde door de gewelven.

De kerk in Cercles, in de Dordogne. Foto: © Franz straatman

Je zou deze uitvoering het resultaat kunnen noemen van iets meer dan vijftig jaar intensieve omgang met Bachs passionen en met talloze cantates. Gevraagd naar zijn ontwikkeling gedurende vele uitvoeringen van Matthäus en Johannes die hij dirigeerde bij zijn eigen ensemble, maar ook elders zoals de Nederlandse Bachvereniging in Naarden en bij buitenlandse orkesten, zei Koopman:

‘Ik ben mij steeds meer bewust geworden van de waarde en de schoonheid van de recitatieven en van de koralen.  In de begintijd met Philippe Herreweghe en daarna gingen die veel sneller want we richtten ons op de mooie onderdelen: de aria’s. Langzaam aan ontdekte ik hoe prachtig Bach die recitatieven en koralen had gemaakt. Hij vertelt het verhaal zo eloquent Niemand die dat zo mooi kon. Daar ben ik van gaan genieten.’

Favoriete stukken

Als zijn mooiste en favoriete passages noemt hij (bijna vanzelfsprekend) het openingskoor ‘Herr, unser Herrscher’ en het afsluitende koraal ‘Ach Herr, lass dein lieb’ Engelein’ ‘Dat beginkoor is ongelooflijk in kracht en opzet. Het moet destijds een enorme indruk hebben gemaakt op de kerkgangers. En het slotkoor, daar krijg ik nog altijd tranen van. Maar ook de aria ‘Es ist vollbracht’ met de gamba begeleiding ontroert mij steeds weer.’ De emotie zal zeker bevorderd zijn door het fraaie gamba-spel van Robert Smith. Met de voortreffelijke hoboisten Antoine Torunczyk en Rodrigo Lopez Paz in de aria ‘Von den Stricken’ (Sophia Faltas in de altpartij) en de volle fluitklank die Kate Clark en Kristin Huebner produceerden in ‘Zerfliese mein Herze’, stralend vloeiend gezongen door Amelia Berridgde, zorgde het ensemble met in de strijkers pittig en kleurrijk samenspel’, voor een orkestshow van hoge kwaliteit. Het kleine koor van 16 zangers, getraind door Peter de Groot, kwam makkelijk boven het orkest uit. Jammer dat door de ongunstige opstelling midden in de vrij smalle kerk snelle passages dichtslibden zoals in de nogal rap uitgevoerde aria ‘Erwäge’.

Opvallend onderdeel in Koopmans leiding is de uitwerking van de continuo-partijen die hij speelt op zijn orgel in de begeleiding van de recitatieven. Hij gaat er heel creatief mee om door kleine accenten, versierinkjes en ook door tempo-keuzes. Het viel mij op dat hij beide keren waar de evangelist vertelt dat Petrus zich opwarmt aan het vuur in het voorhof van de hogepriester, op het woord ‘wärmete sich’ samen met expressieve tenorsolist Tilman Lichdi, een lichte vertraging aanbracht, om uit te beelden dat Petrus zich behaaglijk koesterde bij het vuur.

Ton Koopman repeteert. Foto: © Franz Straatman

Koopman: ‘Ik moet bij die passage altijd denken aan Bachs musici en zangers die zich in de koude Thomaskirche of in de Nicolai warm moesten houden met een stoof of bij het vuur dat achter in de koorplaats brandde. In het landklimaat zal het in Leipzig koud zijn geweest, misschien vroor het nog.’

In 2026 de Matthaüs

Dit jaar plande hij als slotconcert de Johannes, volgend jaar zijn de orkestsuites aan de beurt en in 2026 stelt Koopman de Matthäus Passion in het vooruitzicht. Een uitroepteken achter een initiatief dat hij begon in 2005. Rond de bar van het festivalterrein bij de kerk in Cercles, de uitvalsbasis, hingen alle kleurrijke affiches van het 25-jarige looppad (itinéraire) door de barok. Ook de renaissance heeft een plaats in de reeks van concerten die worden gegeven in een heleboel robuust en soms verweerd uitziende kerken en kerkjes. De hoofdmoot vormde echter de barok met o.a. een uitgelezen programma rond Monteverdi door het verrassend mooi musicerende ensemble Les Surprises, terwijl Koopman met zijn orkest een heerlijke selectie bood met onder meer Telemann (een prachtige triosonate) en Bach (solo-cantate Der Friede sei mit dir). De 75-jarige Klaus Mertens stal met zijn kloeke bariton de show. Hij blonk ook uit in de ‘Johannes’.

Het was min of meer toeval dat Koopman in de Dordogne terecht kwam. Hij was uitgenodigd om een concert te geven in het stadje Ribérac en werd gecharmeerd door de schoonheid van het landschap. Door de aankoop van een huis raakte hij betrokken bij het sociale leven van de streek rond de hoofdstad Périgueux. Koopman: ‘Rondkijkend naar de romaanse kerkjes ontstond het idee er concerten te organiseren. De leidraad bij de programmering is mijn smaak voor oude muziek. Ik doe de organisatie samen met Robert-Nicolas Huet, een bevriende Fransman uit Parijs.

Affiches van het Festival Itinéraire Baroque door de jaren heen. Foto:© Franz Straatman

Het festival trekt een groeiend aantal liefhebbers uit Nederland. Dit jaar wist de reisorganisatie International Cultural Productions zelfs honderd personen met drie bussen naar het festival te vervoeren. Ook andere groepen en individuele muziekliefhebbers vonden de weg naar het zomerse muziekfeest. Gevraagd naar de motivatie, luidden de meeste antwoorden: voor Ton Koopman en voor de Johannes. Tijdens een ‘meet & greet’ onder een forse boom op het festivalterrein liet Koopman duidelijk blijken in zijn nopjes te zijn met zoveel Nederlandse fans.

Tom Koopman tijdens de ‘meet & greet’. Foto: © Franz Straatman.

80-ste verjaardag met Händel

Dit jaar, begin oktober, wordt Koopman tachtig jaar. Hij wil dat in Nederland vieren met drie oratoria van Händel. Als eerste Esther in een reeks door het hele land beginnend op 19 oktober in Enschede. ‘Ik treed nog maar weinig op in Nederland omdat mijn orkest en koor geen subsidie meer krijgen uit het Fonds voor de Podiumkunsten. Die werd veertien jaar geleden zonder duidelijke reden ingetrokken. Ook voor het Händel-project werd subsidie geweigerd. Gelukkig hebben we sponsors gevonden. Het is een hard gelag dat niet alleen wij, maar nu ook andere belangrijke instellingen als het Oscar Back concours, het Nationaal Jeugd Orkest en, dat vind ik het allerergste het Nationaal Jeugdkoor geen financiële ondersteuning meer krijgen’. Koopmans stem, doorgaans vriendelijk en vrij zacht, zwelt aan in boosheid over die ontwikkelingen.

‘Ik ben de enige van de oude garde van barokmusici die nog muziek maakt. Internationaal krijgen we veel erkenning; we moeten naar het buitenland toe want daar worden we wel betaald.’ Het Amsterdam Baroque Orchestra & Choir reist naar Gran Canaria om er op 15 en 16 januari de Matthäus uit te voeren. En met zijn orkest en een koor uit Venetië dirigeert hij op Palmzondag 2025 de Matthäus in het befaamde Teatro Le Fenice. De agenda van de tachtigjarige Koopman vermeldt ook nog een uitvoering van een nieuwe versie van Bachs Markus Passion in Keulen. En later in dat jaar reist hij naar de V.S. om er met de New York Philharmonic en een Amerikaans koor vier keer Händels Messiah uit te voeren.

Ietsje opgeschoven

Ondanks zijn grote bewondering voor Bach, zegt hij ook veel waardering te koesteren voor de muziek van Händel. Zoals blijkt uit het Händel-project met drie oratoria uit 1733: Esther (in de tweede versie), Deborah en Athalia.  Zei hij aanvankelijk geen muziek te willen uitvoeren geschreven na de dood van Mozart (1791), maar met Haydn, wiens symfonieën hij al speelde, kon hij toch voorzichtig met Die Jahreszeiten (1801) de negentiende eeuw in stappen. ‘Ik ben een ietsje opgeschoven’, zegt hij op besmuikte toon, ‘ik doe het voorzichtig. In Wenen heb ik na een lange voorbereiding de Negende van Beethoven gedaan bij de Wiener Philharmoniker. Ik ben ook gevraagd om Mendelssohns tweede symfonie Lobgesang (1840) te doen.’

Ton Koopman. Foto: ©Jean-Michel Bale

Koopman is duidelijk de Rubicon overgestoken, getuige zijn uitspraak: ‘Ik ben nog steeds nieuwsgierig. Ik zou ook de vierde symfonie van Johannes Brahms willen doen. Zo’n mooi werk. Je mag niet op je lauweren gaan rusten’, aldus de vooralsnog hyperactieve bijna tachtiger, die in hechte eenheid met zijn pianoforte en orgelcontinuo spelende echtgenote Tini Mathot onverdroten zijn ‘itinéraire’ volgt. Helaas weinig in Nederland te horen, vandaar de stoet Nederlanders die naar de Dordogne trok.

Alle informatie over de komen concerten vindt op de website van Ton Koopman.

Verder lezen, kijken en luisteren

Jordi Kooiman schreef in 2017 over de uitvoering van de Matthäus Passion door Ton Koopman.

Een historische video van Ton Koopman in Saint Astier.

 

 

 

Vorig artikel

Opera in de zomermaand augustus

Volgend artikel

Is Viswijven in Nijetrijne nog van Haydn?

De auteur

Franz Straatman

Franz Straatman