BuitenlandFeaturedOperarecensieRecensies

Oropesa schittert in concertante Hamlet

Het Festival in  Aix-en-Provence en de Salzburger Festspiele werden deze zomer bezocht door recensenten van Place d’ Opera. Hier de recensie van Hamlet van Ambroise Thomas door Lennaert van Anken.

Tijdens mijn verblijf in Salzburg woonde ik de eerste van twee concertante voorstellingen bij van de opera Hamlet van Ambroise Thomas. Het is eigenlijk merkwaardig dat een opera die gebaseerd is op zo’n beroemd toneelstuk niet tot het huidige ijzeren repertoire behoort, ondanks dat de opera immens populair was in de jaren na de wereldpremière in 1868. Die populariteit duurde tot ver in het begin van de 20ste eeuw. Ook in Nederland werd de opera zeer regelmatig opgevoerd door zowel het Franse opera gezelschap, de Italiaanse opera als de Nederlandse opera.

Ambroise Thomas, gefotografeerd door Wilhelm Benque in 1894.

Het libretto van Michel Carrè en Jules Barbier, die ook verantwoordelijk waren voor het libretto van Gounod’s Faust, volgt de verhaallijn van Shakespeare redelijk getrouw. De beroemde zin “to be or not to be” komt zelfs in het Frans voorbij “Être ou ne pas être”. Enkel het slot was enigszins veranderd: Hamlet wordt aan het slot nogmaals aangespoord door zijn vader’s geest om hem te wreken, waar hij eindelijk gehoor aan geeft. Zijn moeder wordt naar het klooster gestuurd, Hamlet doodt Claudius waarna hij wordt uitgeroepen tot de nieuwe koning van Denemarken (in Shakespeare komt de hele Deens Koninklijke familie te overlijden door gif of moord, waarna de Prins van Noorwegen de Koningstitel van Denemarken opeist).

Met zijn vijf aktes past deze opera volledig in de Franse Grand-Opéra traditie als één van de laatste representanten van dat genre. En ondanks dat het goede pakkende muziek bevat, kent de opera ook wat zwakke momenten, wat ertoe zal hebben bijgedragen dat het werk uiteindelijk verdween van het repertoire. De opera bevat een uitstekende bariton partij voor de hoofdrol (geschreven voor de beroemde bariton Jean-Baptiste Faure, die o.a. het jaar ervoor Rodrigue zong in de eerste Don Carlos) met veel pakkende aria’s en melodieën. De rol van Ophélie is geschreven voor de Zweedse nachtegaal, Christine Nilsson (wier achternaam Birgit Nilsson overnam als eerbetoon na het winnen van een Christine genoemde beurs). Thomas had haar een waanzinscène toebedeeld die behoort tot de beste in dat genre. Bijna een kwartier lang moet de sopraan al haar vocale kunnen etaleren in coloraturen, ingetogen passages waar enkel viruoos mooi zingen wordt afgewisseld met dramatische passages. Een showcase pur sang die Nilsson op het lijf stond. Tot slot heeft de moeder van Hamlet, Gertrude, nog interessante muziek te zingen, maar de overige rollen, inclusief die van Claudius, komen er muzikaal wat bekaaid van af.

Jean Baptiste Faure als Hamlet, foto van Charles Reutlinger uit 1868

In Salzburg hadden ze voor deze concertante uitvoering groots uitgepakt. Naast de zeer ervaren Bertrand de Billy die orkest, koor en solisten uitstekend leidde, hadden ze de twee bekendste huidige protagonisten voor de twee hoofdrollen uitgenodigd: Stéphane Degout als Hamlet en Lisette Oropesa als Ophélie. Beide zangers, die eerder in hun carrière succesvol waren in twee verschillende producties bij de Nationale Opera gezongen, hadden hun rollen eerder gezongen en staan momenteel in de volle bloei van hun zeer respectabele carrières.

Lisette Oropesa in de rol van Ophélie in de concertante uitvoering van Hamlet. Foto:© SF , Marco Borelli.

De concertante uitvoering kon niet verbloemen dat de opera aan het begin niet op z’n sterkst is. Het begon allemaal wat weifelend. Zowel het orkest als het koor sprankelde nog niet, wat later wel zou gebeuren. In de tweede scène troffen we voor het eerst Hamlet samen met Ophélie, waar meteen duidelijk was dat het publiek voor hen beiden gekomen waren. Het duet zelf is nog niet echt een hoogtepunt, maar met name Oropesa liet haar prachtige stem meteen glanzen.

De nog redelijk jonge Julien Henric liet kort als Laërte van zich horen als een interessante nieuwe stem. Maar ook zijn aria is nog niet een muzikaal hoogstandje. Muzikaal spannender wordt het in de tweede scène, waarin de geest van de vermoorde vader van Hamlet zich voor het eerst doet laten gelden. De wat oudere Clive Bayley – zo klonk hij ook – zong zijn rol vanuit een nis in de rotswand van de Felsenreitschule. De muziek is spannend, maar komt toch niet helemaal uit de verf, alsof Thomas nog zoekende is naar het juiste idioom voor de opera.

In de tweede akte werden we getrakteerd met de eerste grote solo van Ophélie. Lisette Oropesa straalde in deze aria. In Salzburg zong ze tot op heden slechts één keer eerder (twee jaar geleden in een concertante uitvoering van Lucia di Lammermoor) en je voelde dat het publiek snakte naar meer van haar. Alsof de stem van Oropesa een verborgen diamant is die ze eindelijk mogen bewonderen. Omdat ze in de Benelux al meerdere keren gezongen heeft, was de beleving voor mij anders. Helaas hoor ik ook dat de stem al wat aan glans heeft moeten inboeten, met name in de hoogte.

En hetzelfde geldt in zekere zin ook voor Degout. Hij zong zijn aria “Ô vin, dissipe la tristesse” bronstig met volle borststem, maar hij klonk niet meer als de jonge Hamlet, zoals wel 11 jaar geleden in Brussel (in een prachtige Olivier Py productie). Ook in de finale van de tweede akte, waar de melodie van deze aria telkenmale terugkomt tijdens de toneelscène waarin het verraad van Claudius onthult moet worden, bleek het eerder wat houterig en weinig coherent. Dat laatste lag ook een beetje aan de dirigent Bertrand de Billy, die verder een uitstekende voorstelling neerzette. Maar de finale van het tweede bedrijf liep onvoldoende gestroomlijnd. Een geënsceneerde versie had wellicht wat beter soelaas geboden met name voor deze scène. Ietwat teleurgesteld ging ik dan ook de pauze in.

Stéphane Degout in de rol van Hamlet in de concertante uitvoering van Hamlet. Foto:© SF , Marco Borelli.

In het tweede deel werd ik beter meegevoerd in het drama. Na de beroemde monoloog van Hamlet, waarin Degout liet horen dat hij nog steeds een geweldige stem heeft, waarmee hij prachtig sotto voce kan zingen, hoorden we ook de goede bas Jean Teitgen die de rol van Claudius voor zijn rekening nam. Zoals gezegd bevat de rol van Claudius helaas niet echt veel mooie of interessante muziek.

Jean Teitgen zong Claudius, in de concertante uitvoering van Hamlet. Foto:© SF , Marco Borelli.

De derde akte eindigde echter met het zinderende duet tussen Hamlet en zijn moeder Gertrude, die overigens uitstekend gezongen werd door Ève-Maud Hubeaux met wellicht  een iets te jeugdig elan.

Ève-Maud Hubeaux zond Gertrude, Hamlets moeder, in de concertante uitvoering van Hamlet. Foto:© SF , Marco Borelli.

Het hoogtepunt van de avond verzorgde Oropesa met haar waanzinsscène in de daaropvolgende vierde akte. In haar grote scène pakte de Amerikaanse groots uit met haar twinkelende coloraturen, haar prachtige legato en haar jubelende hoogte. Het Deense volksliedje dat verwerkt is in deze scène zong ze werkelijk erg mooi ingetogen, waarna ze in het slot helemaal uitpakte. Zoals eerder gemerkt vond ik ook hier dat haar hoogte wel minder was dan voorheen, maar het leverde desondanks wel met recht het grootste succes op van de avond. Even flitste het door me heen, dat dit wellicht hét moment was voor het publiek om een “bis” terug naar het podium te schallen, hetgeen helaas niet gebeurde, want die traditie lijkt niet meer te bestaan helaas.

Na zo’n enerverende scène voelt de laatste akte altijd als mosterd na de maaltijd. In mijn beleving is deze akte ook een beetje afgeraffeld door Thomas. Maar wellicht klinkt het beter in balans als het standaard geschrapte ballet wat volgt op de waanzinsscène gespeeld wordt. Ook in Salzburg moesten we het zonder het ballet stellen. In ieder geval is de slotakte wel kort en krachtig.

Het publiek applaudisseerde na de laatste noten enthousiast voor de solisten, het Mozarteumorchester Salzburg, het Philharmoniachor Wien en dirigent Bertrand de Billy. Met als uiteindelijk resultaat dat een groot deel van het publiek ging staan tijdens het applaus, iets dat niet snel gebeurt in Salzburg.

Verder lezen, kijken en luisteren

Fragment  met ‘Le vin disippe’ uit de productie van Hamlet met Stéphane Degoux in de regie van Olivier Py.

Fragment uit een concertante uitvoering van Hamlet in Washington met Lisette Oropesa.

Laura Roling was bij een voorstelling van Hamlet door Opera2Day in 2018

In 2014 sprak Jordi Kooiman met Lisette Oropesa.

Vorig artikel

Hoffmann verstrikt in regie in Salzburg.

Volgend artikel

Elisabeth Hetherington wint Nederlandse Muziekprijs

De auteur

Lennaert van Anken

Lennaert van Anken