Rigoletto DNO: gekte en stralende cast
Giuseppe Verdi’s Rigoletto is door de jaren heen in een flink aantal interpretaties opgevoerd. In 2017 zagen we voor het eerst de versie van Damiano Michieletto, waarin Rigoletto werd afgebeeld als een psychiatrisch patiënt in een ouderwets aandoend krankzinnigengesticht – een opvallende benadering van dit klassieke werk. We zijn inmiddels zeven jaar verder, en de regisseur heeft de opera sindsdien op enkele punten herzien voor een uitvoering in Venetië.
Deze geactualiseerde versie wordt nu opgevoerd bij De Nationale Opera met een volledig nieuwe cast, op één kleine rol na: koorlid Peter Arink, die ook solistisch zingt, bleef Usciere di corte . Opvallend is het aandeel van de Nationale Opera Studio, met maar liefst zeven oude en huidige leden in deze Rigoletto bezetting.
Nuancering & Blackfacing
Een belangrijk merkbaar verschil in deze herziening is de afwezigheid van het hardhandige gestichtspersoneel en de dwangbuis, wat de productie een minder gedateerde uitstraling geeft. Daarnaast zijn er enkele andere aanpassingen gedaan sinds de versie in Venetië. Zo droegen de koorzangers een ander masker, passend bij het uiterlijk van de huidige hertog, René Barbera, die met zijn baard en snor een heel ander gezicht heeft dan tenor Saimir Pirgu, die de hertog in 2017 vertolkte. Die versie staan nog wel in het programmaboekje omdat met de oude maskers gerepeteerd is. Waarschijnlijk vanwege de huidige gevoeligheid rond blackfacing werd op de dag van de première besloten om de zwarte nylon balaclava van de koorleden weg te laten. Dit resulteerde, naar mijn mening, in een menselijker en daardoor meer aangrijpend theaterbeeld – een uitstekende keuze.
De vloek
Regisseur Damiano Michieletto plaatst de handeling in een steriele, kale verpleegzaal, waarbij de witte muren van de kliniek dienst doen als ideaal projectiescherm. De opera opent met een filmprojectie tijdens de prelude. Er is sprake van een prelude en niet van een ouverture omdat Verdi koos om in een kort stuk muziek vooral de toonzetting van de opera weer te geven, in plaats van allerlei thema’s en motieven of verwijzingen naar aria’s te introduceren. We horen zware, onheilspellende akkoorden in de strijkers, die symbool staan voor de vloek – het centrale thema van deze Rigoletto. Dit is treffend, aangezien librettist Piave en Verdi aanvankelijk de titel La Maledizione (de Vloek) voor de opera hadden overwogen. Op de muren worden beelden geprojecteerd van aarde, donkere modder en lichaamsdelen, die de dreigende sfeer versterken.
(Voor)verhaal
Op de muren zien we later projecties van Rigoletto, die zijn dochtertje Gilda verbiedt om naar buiten te gaan, haar obsessief beschermend tegen zijn verdorven en perverse werkgever, de Hertog van Mantua. Dit verergert nadat de graaf van Monterone een vloek over Rigoletto heeft uitgesproken. Tralies sluiten het raam van Gilda’s kamer als een gevangenis af, terwijl kindertekeningen tonen hoe Gilda haar moeder heeft doorgekrast, nadat deze is overleden. Ze is moederziel alleen op haar vader aangewezen.
De Hertog weet haar toch te verleiden en te ontvoeren. Gedreven door wraak huurt Rigoletto een huurmoordenaar, Sparafucile, in om de Hertog te doden, maar het plan loopt tragisch anders. Gilda offert zichzelf op en laat zich in plaats van de Hertog vermoorden. Uiteindelijk vindt Rigoletto het lichaam van zijn dochter. Dit alles wordt getoond als een flashback, terwijl Rigoletto, gek geworden door de wetenschap dat hij verantwoordelijk is voor haar dood, opgesloten zit in een inrichting. Ze zijn de slachtoffers van de vloek.
Oorsprong
Rigoletto is gebaseerd op het toneelstuk Le roi s’amuse van Victor Hugo (1832). Dat stuk werd na één uitvoering verboden. De bewust kiezende en geëngageerde Verdi sloeg weer de spijker op z’n kop bij het kiezen van een scherp en actueel onderwerp als stof voor een opera in 1851. Het is het eerste werk van de reeks die bekend zou komen te staan als Verdi’s populaire triologie en die verder bestaat uit Il trovatore (1853) en La traviata (1853).
Koor
Hoera! We hebben zowaar weer het geweldig zingende Koor van De Nationale Opera op het toneel, al zijn het deze maal alleen de mannen, maar dat valt Verdi en niet de regisseur te verwijten. Het koor ( ingestudeerd door Edward Ananian-Cooper) wordt aldoor neergezet als uniforme groep, ze verbeelden de hovelingen met maskers in de vorm van de Hertog die ook de slechterik en de vloek vertegenwoordigd. Ze klonken prachtig in hun verschillende lastige stukken. De heren maakten er echt een Verdi feestje van, stevig waar nodig, maar als plagerige kornuiten onder elkaar met voldoende frasering en puntigheid. Tot slot is het koor nog even onzichtbaar met hun prachtige onheilspellende geluiden tijdens het noodweer vanuit de coulissen. Kippenvel gegarandeerd.
Subtiel spel
De muzikale leiding over het Nederlands Philharmonisch is in handen van de Antonino Fogliani* (aangekondigd stond dirigent Yi-Chen Lin). We hoorden deze Italiaanse dirigent nog niet eerder in deze orkestbak Hij is een uiterst zorgvuldige dirigent die waakt voor overheersing van het orkest. Zijn repertoire tot nu toe bevat vooral veel Donizetti, Bellini en Rossini. Hij benadert Verdi voorzichtig, zeker voor de pauze, maar laat het orkest daarna meer schuren en speelt ook wat steviger en dan bedoel ik niet luider. Het hoforkest is door hem op perfecte wijze gesitueerd en geeft een prachtige eigen kleur en spel. De hele première avond is het niveau hoog. Orkest en zangers zijn prettig in balans en de dirigent toont zich dienstbaar. Met name in het samenspel met de tenor en de sopraan bewees de dirigent zich een bekwaam volger. Graag hoor ik deze man meer en vaker.
De zangers
Bariton Roman Burdenko is Verdi’s gekwelde titelpersonage. Zijn stem is heerlijk in deze rol en ondanks dat de regie hem minder mogelijkheid geeft het karakter van Rigoletto volledig uit te spelen – in deze versie is immers Rigoletto vanaf het begin af aan gek- is hij heel mooi in zijn gekte. Bovendien moet Rigoletto in deze productie de hele avond op de bühne blijven, hulde aan de personen regie maar ook aan de bariton, het gaat hem uitstekend af.
Tenor René Barbera, vertolkt de rol van de foute Hertog van Mantova. Wat een stem heeft die man en wat kan hij het podium innemen. In januari 2024 genoot ik van hem in Parijs, naast Nadine Sierra, in een uitmuntende Traviata van Verdi. Maar ook in deze rol die meer technische virtuositeit vraagt dan Alfredo en waarin meer nadruk zit op virtuositeit en heldere krachtige zang, blijft hij overtuigen. Hij zong ‘La donna mobile’ lichtvoetig en humoristisch, maar met meer charme en dat zonder aan expressieve kracht in te boeten, heel knap.
Sopraan Aigul Khismatullina is nu 34 jaar en maakt haar huisdebuut als Gilda. Na Lisette Oropesa die 7 jaar geleden ongeveer dezelfde leeftijd had, begin je te geloven in een ideale leeftijd voor Gilda. Wat een fijne flexibele stem, prachtige kleur, goed volume en een voldoende beheerst vibrato al zullen sommige mensen daar anders over denken.
Bas Alexander Kopeczi zingt huurmoordenaar Sparafucile. Hij heeft een mooi egaal laag geluid. Er klinkt een sinistere dreiging in zijn stem; ‘Sparafucile, il tuo nome’ in de derde acte was heel sterk en hij heeft ook zeker zijn uiterlijk en lengte mee. Het zou mij niet verbazen als hij opeens een rijzende ster wordt als hij met de juiste mensen in aanraking komt.
Mezzosopraan Eva Kroon is de enige zangeres in deze productie, met een kleinere rol (Giovanna) die geen lid is of is geweest van het koor of de opera studio. Twee dagen geleden presenteerde ze het nieuwe seizoen aan het publiek tijdens de open dag van Nationale Opera en Ballet. In Rigoletto, als, liet ze niet alleen haar warme mezzostem horen, maar toonde ze ook haar sterke aanwezigheid op het podium.
Nationale Opera Studio
Opmerkelijk is dat in deze productie, waarin de kleinere rollen veel vaardigheden vereisen, al deze rollen volledig zijn ingevuld door huidige of voormalige leden van de Opera Studio. Het is een prestatie dat de Opera Studio zangers op dit niveau en met zo’n diversiteit aan talent opleidt. En belangrijk dat deze zangers vervolgens worden ingezet in een seizoen opening van dit vocale kaliber. Onverminderd was iedereen goed, sterk in hun presentatie en volledig toegerust voor de rol. Wat een mooie ervaring moet dit zijn voor de zangers. We hoorden voormalig studio lid Maya Gour, als de zeer verleidelijke Maddalena met een sterke aanwezigheid in het kwartet in de derde akte. Frederik Bergman, eveneens voormalig studio lid, als een prima zingende en acterende Graaf van Monterone die zijn vloek liet bulderen, hij komt weer in december in de Fledermaus. Martin Mkhize nam de rol van Marullo voor zijn rekening, ook voormalig studio lid van 4 jaar geleden. Tenor Salvador Villanueva, is een jaar toegetreden tot de studio en zeer binnenkort te horen op het IVC in Den Bosch. Bas Joe Chalmers en sopraan Daria Brusova, zijn het meest recent toegetreden tot de studio. Tot slot is er studiolid Martina Myskohlid die de rol van Contessa di Ceprano vertolkte.
Conclusie
De Rigoletto uit 2017 kan steeds goed mee en is goed ‘opgepimpt’. We zijn zeven jaar verder, het onderwerp is nog steeds ‘hot’ en inmiddels is ook de operaperceptie aan het schuiven. Ik hoorde een kritische fan over deze herneming zeggen; ‘ach die Rigoletto in dat krankjorum gesticht, we zijn tegenwoordig wel erger gewend.’ Zelf heb ik enorm genoten en het applaus in de zaal was volkomen terecht heel uitbundig voor alle zangers, musici en medewerkers. Als aftrap van het seizoen was deze voorstelling vocaal en muzikaal van hoge klasse en krijg ik nog meer zin in de rest van het seizoen.
*op 18 en 20 september dirigeert Marco Alibrando
Verder kijken, lezen en luisteren
Jacqueline van Rooij was zeer enthousiast over de productie in 2017.
Roman Burdenko zingt ‘Cortigiani’ uit Rigoletto.
Aigul Khismatullina zingt ‘Caro nome’.