L’enfant et les sortilèges (en veel meer)
In februari presenteerde Opera Ballet Vlaanderen een voorstelling die werd geproduceerd door VONK, de derde pijler waar het huis op steunt naast Opera en Ballet. Met VONK richt het huis zich onder meer op kunsteducatie voor kinderen, jongeren en volwassenen en op de ontwikkeling en training van artistiek talent. Enigszins oneerbiedig zou je de productie van ‘L’enfant et les sortilèges’ dus een jeugdvoorstelling kunnen noemen. Zeker gelet op de grote rol van het kinderkoor is dat niet eens zo vergezocht.

De ‘Fantaisie Lyrique’ uit de titel is een opera van Maurice Ravel die veel te kort is om zonder ‘hulp’ een complete voorstelling te kunnen vullen. Meestal wordt er een eenakter aan toegevoegd zoals bijvoorbeeld L’heure Espagnol. In deze productie is men een andere weg ingeslagen door Ravels werk in te bedden in een min of meer thematisch programma. In mijn beleving is deze opzet van regisseur Maëlle Dequiedt maar ten dele geslaagd, de omlijsting komt toch wat geforceerd over.
De voorstelling begon met een deel uit de opera Like Flesh van Sivan Eldar, een stuk elektronische muziek in een speciaal arrangement voor kinderkoor. Hierin is de natuur aan het woord en we worden geleid van de ijstijd tot het moment dat er weer van alles begint te groeien en bloeien.
Dan zijn we plotseling in een volledig gemeubileerd huis waarin zich een kleine huwelijkstragedie voltrekt. Het is een wat baldadig kort werkje van Paul Hindemith uit 1927 getiteld Hin und zurück. Het gaat over een vrouw die op haar verjaardag een brief van haar minnaar krijgt, net op het moment dat haar echtgenoot extra vroeg is thuisgekomen met een mooi cadeau. Hij wordt woedend en schiet haar dood, krijgt wroeging en dankzij een deus ex machina wordt de handeling omgedraaid en uiteindelijk zien we de postbesteller op haar fiets achteruit het toneel afrijden. Al met al duurt het een minuut of twaalf. De instrumentatie doet sterk denken aan Cardillac uit 1926 en de keuze van het onderwerp is feitelijk een vingeroefening voor de opera Neues vom Tage die twee jaar later zou uitkomen. In beide stukken wordt de draak gestoken met de clichés die al eeuwenlang de opera bepalen door ze in een banale hedendaagse setting te plaatsen. Een van die clichés is de coloratuuraria die hier voor rekening komt van de vrouw die blij en tevreden is op haar verjaardag, tot haar man binnenkomt natuurlijk. Haar aria heeft als tekst slechts ‘Früh und froh’ om te benadrukken dat het altijd alleen maar lijkt te gaan over de klanken zonder dat men geacht wordt enige aandacht te schenken aan de vermoedelijke inhoud die sowieso niet te verstaan is.

De overgang naar het pièce de résistance komt voor rekening van de filmmuziek uit Alban Bergs Lulu en de Palindromic Prelude van Constant Lambert. Een palindroom is een woord dat zowel van links naar rechts als van rechts naar links kan worden gelezen zoals ‘meetsysteem’ en ‘parterretrap’. In beide tussenspelen is sprake van een vergelijkbare omkering, vanaf halverwege klinkt dezelfde muziek in omgekeerde richting. Met enige fantasie is Hin und zurück een sketch met een soort palindroom-handeling. Waar in het programmaboek naar toe wordt gewerkt is de omkering in Ravels opera zodra bij ‘Het kind’ enig besef doordringt van wat het in het verleden heeft aangericht. Nogal geforceerd zoals ik eerder al stelde.
L’enfant et les sortilèges duurt ongeveer drie kwartier en gaat over een kind dat in de ogen van zijn moeder dwars en ongehoorzaam is. Het wil buiten spelen maar moet binnen blijven omdat het zijn huiswerk niet doet. Het kind uit zijn frustratie in een woede-uitbarsting waarin het zijn hele omgeving kort en klein probeert te slaan en krijgt dan tot zijn verbijstering het nodige weerwerk van zijn slachtoffers. Het wordt bestraffend toegesproken door de sofa, de schoorsteenmantel, de klok, het afgescheurde behang en zo voort. En als het de tuin inloopt komen allerhande dieren zich beklagen over zijn wreed gedrag in het verleden. Als die dieren min of meer proberen het kind te overweldigen komen ze bijtijds tot inkeer. Het kind is soms ook wel lief en zorgzaam geweest. Dat is natuurlijk het moment om wakker te worden uit deze toch wat bedreigende droom en wellicht voortaan zich beter te gaan gedragen. Wie zal het zeggen.

In deze productie werd het kind vertolkt door een jonge vrouw, de mezzo Lucy Gibbs die behalve uitstekende zang ook de nodige danscapaciteiten in petto bleek te hebben. Hugo Kampschreur was hilarisch als de oude man die de wiskundeleraar gestalte geeft en onder zijn toga tamelijk uitdagend gekleed blijkt te zijn en een spagaat in huis heeft. Als schaapsherder was sopraan Marjolein Appermont te zien, die samen met Kampschreur eerder de man en vrouw uit ‘Hin und zurück’ hadden vertolkt.

Al met al maakten elf solisten hun opwachting, sommigen tweemaal, en zonder uitzondering kweten ze zich uitstekend van hun taak. Appermont had daarnaast ook nog eens fraai coloraturen in huis.
De afsluiting kwam weer voor rekening van een deel uit ‘Like flesh’ met opnieuw het Kinderkoor van Opera Ballet Vlaanderen (ingestudeerd door Hendrik Deroloz) in een geslaagd optreden, alle lof voor dit gezelschap.

Het Youth Orchestra Flanders stond onder leiding van Karel Deseure, inmiddels haast een oude rot (hij is 42 jaar) in het vak en een goed keuze voor dit project. Met al dat jong talent bijeen is de muzikale leiding door een ervaren dirigent een absolute vereiste, groot compliment.