Sellars ‘ritualiseert’ prachtige Matthäus
Twee jaar geleden waagde regisseur Peter Sellars zich aan de Matthäus-Passion. Niet met een enscenering, maar met een ritualisering. Het werd een succes, dat met dank aan een dvd-uitgave nu een unieke toevoeging doet aan de Matthäus-discografie.
Tijdens het afgelopen passieseizoen werd op deze site de vraag gesteld of operapubliek ook Matthäus-publiek is en vice versa. Zelf heb ik vaak enige weerstand gevoeld tegen de Matthäus-Passion door het gewicht van de tradities rond dit werk. Zeker in Nederland, waar er haast sprake is van een doorgeslagen ‘cultus’. Dat heeft me er soms van weerhouden te erkennen wat voor ongelooflijk beeldende en expressieve muziek het eigenlijk is.
Hoewel de bespiegelende elementen (aria’s en koralen) verreweg de overhand hebben op de in letterlijke zin dramatische gedeelten (de stukken waarin de ‘personages’ zelf aan het woord komen) is het ontegenzeglijk een groots drama, misschien wel het meest aangrijpende verhaal ooit verteld…
Er zijn door de jaren heen al vele pogingen ondernomen om het werk in een theatrale vorm te gieten. Voor menig doorgewinterde liefhebber zullen dergelijke experimenten echter ten koste gaan van de sacrale sfeer en het door Bach benadrukte elegische karakter.
Twee jaar geleden heeft Peter Sellars zich samen met Simon Rattle en de Berliner Philharmoniker aan de Matthäus gewaagd, na al eerder verscheidene Bach-cantates te hebben geënsceneerd. Die uitvoering is als stream te zien op de website van het orkest, maar nu ook op dvd en Blu-Ray uitgebracht.
Sellars, bewust van de valkuilen, heeft zich heel terughoudend opgesteld en spreekt dan ook niet van een dramatisering maar van een ritualisering. Hij ziet het werk als een introspectief gebed en benut het vijfhoekige ontwerp van de Berlijnse concertzaal om de musici tegenover elkaar op te stellen in plaats van tegenover het publiek. De rekwisieten bestaan slechts uit enkele houten kubussen en de koorleden zijn in eenvoudige donkere outfits gekleed.
Het feit dat de koorleden alle noten uit het hoofd kennen, bevrijdt hen als het ware uit hun traditionele statische rol. Zo kunnen ze bijvoorbeeld aan het slot van het eerste deel daadwerkelijk wegvluchten van de scène met Jezus’ gevangenneming.
Hetzelfde principe geldt voor de vocale solisten, met uitzondering van de Christus-rol, fraai vertolkt door een nobele Christian Gerhaher. Hij mengt zich bewust niet in het spel, maar zingt discreet vanaf het balkon, terwijl de Evangelist (een geweldig doorleefde Mark Padmore) plaatsvervangend het lijden van Jezus aanschouwelijk maakt. Bijvoorbeeld in de geselscène, waarbij altsoliste Magdalena Kozena hem op tedere wijze ondersteunt. In de aria ‘Buss und Reu’ wordt zij vereenzelvigd met Maria Magdalena, benadrukt door de glitters in haar jurk en een enigszins wereldlijke uitstraling.
Sopraansoliste Camilla Tilling komt daarentegen heel puur over en in haar hoogzwangere toestand roept ze associaties met Maria op. Dat geeft een extra lading aan de tekst van de aria ‘Blute nur’: ,,Ach! Ein Kind, das du erzogen, das an deiner Brust gesogen.”
Het dialoogaspect van het werk wordt door Sellars ten volle benut, vooral wanneer de vertolkers van de obligaatpartijen (eveneens zonder partituur!) een interactie aangaan met de zangers. Zo zijn er indringende ‘duetten’ van tenor Topi Lehtipuu (slank maar niet scherp van timbre) en bas Thomas Quasthoff (een ruimhartig warm geluid) met bekende instrumentalisten als Albrecht Mayer op hobo of Hille Perl op viola da gamba.
Slechts op enkele momenten heb ik het gevoel dat Sellars iets te ver gaat. De Judas-kus vol op Padmore’s mond zal door de homo-erotische associatie niet bij iedereen in de smaak vallen, evenmin als het ‘Maxima-moment’ wanneer de camera precies op tijd inzoomt op een traan over zijn wang (is dat oprecht?).
Muzikaal betreft het hier uiteraard geen ‘authentieke’ uitvoering, maar dat werkt juist als een voordeel. Nog veel meer dan bij ons is in Duitsland de Matthäus het exclusieve terrein geworden van de oude muziek-beweging. Het Rundfunkchor Berlin had het werk niet eerder uitgevoerd en ook menig orkestlid was weinig vertrouwd met Bach. Dat geeft deze bijzondere onderneming het karakter van een herontdekking, of zelfs een ‘herovering’.
Daarbij staan niet kwesties van stijl centraal, laat staan musicologische haarkloverij, maar draait het om de oprechte emotionele respons van alle betrokkenen. Rattle heeft uiteraard wel het nodige opgestoken van collega’s als Koopman en Herreweghe en nergens is zijn lezing log of pompeus. Integendeel, ondanks de ruime koorbezetting klinken de controversiële turbae als ‘Lass ihn kreuzigen!’ en ‘Sein Blut komme über uns und unsre Kinder’ eerder raadselachtig of onheilspellend dan luidruchtig. Daardoor worden instrumentale details hoorbaar die mij persoonlijk nooit eerder zijn opgevallen.
Ook op andere momenten werd ik verrast, bijvoorbeeld door de onmiskenbare vreugde of zelfs extase die Kozena in ‘Sehet, Jesus hat die Hand’ weet te leggen, zowel via haar stem als haar bewegingen.
Aan iedereen die net als ik weleens gemengde gevoelens heeft ten opzichte van de Matthäus kan ik deze uitgave van harte aanraden. Het is uiteraard geen definitieve uitvoering (volkomen onmogelijk bij zo’n complex werk!) maar wel een unieke toevoeging aan de uitgebreide discografie. Helaas niet algemeen verkrijgbaar in de winkel, maar wel direct te bestellen via de Berliner Philharmoniker en bij enkele andere webshops.