Onbekend, onbemind: Hasse’s Cleopatra
Onbekend maakt onbemind, maar is dat altijd terecht? In een serie bespreekt Place de l’Opera opera’s die bij het grote publiek onbekend zijn en die de afgelopen jaren op cd zijn verschenen. In deel vijf: Marc’Antonio e Cleopatra van Johann Adolf Hasse.
Johann Adolf Hasse staat de laatste jaren weer wat meer in de belangstelling, maar voor iemand die veelvuldig samenwerkte met de fameuze Pietro Metastasio (zijn goede vriend), sopraan Faustina Bordoni (zijn vrouw) en legende Farinelli en die met tientallen opera’s een grote rol speelde in de ontwikkeling van de ‘opera seria’, is de aandacht nog altijd magertjes.
Dat vindt ook dirigent en musicoloog Claudio Osele. Daarom ging hij voor deze opname voor Deutsche Harmonia Mundi terug naar waar het voor Hasse allemaal begon: de succesvolle serenata Marc’Antonio e Cleopatra.
Hasse was van zijn geboorteland Duitsland naar Napels gereisd, in een tijd dat die stad op de toppen van zijn culturele kunnen stond. Signor D. Carlo Carmignano kreeg de jonge componist in de gaten en vroeg hem om in de zomer van 1725 een serenata ten uitvoer te brengen in het kasteel op zijn landgoed, met niemand minder dan Carlo Broschi (later Farinelli) als één van de solisten.
Hasse schreef daarop Marc’Antonio e Cleopatra, een stuk voor een klein ensemble en twee solisten, op een tekst van Francesco Ricciardi. De beroemde liefdesgeschiedenis van Marcus Antonius en Cleopatra is het onderwerp. Het verhaal speelt zich af tegen het einde van hun levens. Antonius is finaal verslagen door Octavianus bij de slag van Actium en keert terug naar zijn geliefde, waarna ze gezamenlijk een einde aan hun leven maken.
Het is een serenata, dus veel actie zit er niet in. Het is een aaneenschakeling van recitatieven en aria’s, met tweemaal een duet. Om eerlijk te zijn vind ik het soms wat gezapig aandoen. Tegelijkertijd ben ik zeer onder de indruk geraakt van de melodische kracht van Hasse’s muziek. Zijn vocale lijnen passen als een handschoen om het libretto. Bijzonder fraai.
Het klein bezette ensemble Le Musiche Nove onder leiding van Osele volgt nauwgezet het enig overgebleven manuscript van het werk, inclusief spel op periode-instrumenten en regels uit het authentieke boekje. De musici stellen zich bescheiden op en voorzien de zangeressen van een schone barokbodem.
De twee rollen zijn bezet met de ervaren barokkracht Vivica Genaux (Marc’Antonio) en de jonge, mij onbekende Francesca Lombardi Mazzulli (Cleopatra). Uitstekende keuzes, vind ik. Genaux geeft zoals altijd een geraffineerde vertolking; zeer verzorgd en verfijnd. Ik zou alleen willen dat ze haar klank soms wat meer laat openbloeien, in plaats van het altijd zo netjes in het gareel te houden.
Mazzulli zingt een flamboyante Cleopatra. Mooi hoe ze zowel de dominantie als de oosterse charme van de Egyptische in haar zang verwerkt. Het contrast met de wat terneergeslagen, ingetogen Marc’Antonio van Genaux is treffend.
Of ik deze serenata-opname zou aanraden? Er zijn inmiddels machtig veel barokopera’s van topkwaliteit op cd te verkrijgen – waaronder interessantere titels dan deze – maar ter wille van het eerherstel van Johann Adolf Hasse is het de moeite waard dit werk in je kast te hebben staan. Hij was per slot van rekening één van de grootste operacomponisten van zijn tijd.