Baltische Opera boekt succes met Traviata
De Opera Baltycka in Gdańsk presenteerde op 5 maart een nieuwe productie van La Traviata, één van de toptitels uit het operarepertoire. Regisseur Karolina Sofulak maakte een verdienstelijk debuut en de cast gaf een stel uitstekende vertolkingen.
Karolina Sofulak maakte met haar enscenering haar debuut bij Opera Baltycka. Ze was duidelijk geïnspireerd door de ervaren artistiek directeur Marek Weiss. De zeer architectonisch aandoende decors van Hanna Szymczak waren meer dan behulpzaam om je op het drama en de vertolkers te kunnen concentreren.
Joanna Woś was een fenomenale Violetta. Wat zij met haar stem deed, was op zijn minst bravoureus te noemen. Vanaf het allereerste begin wist ze de toeschouwers aan hun stoelen te nagelen. Woś maakt geen deel uit van het vaste ensemble van het operahuis. Haar gastoptreden werd daarom door het publiek met spanning verwacht en bijzonder gewaardeerd.
Alfredo werd gezongen door Paweł Skałuba. De tenor is een vaste rots in het huisensemble en stelde niet teleur. Een bijzondere vermelding verdient ook Zbigniew Macias. Met zijn mooie, warme bariton maakte hij op mij een bijzondere indruk in de moeilijke rol van Alfredo’s vader.
Na de eerste akte, vol met prachtige, virtuose aria’s, maakte de tweede, met de opoffering van Violetta, de meeste indruk. De tragedie vond daarna zijn hoogtepunt met een in mijn oren bijna psalmachtig gezongen ‘Parigi, o cara’. En dan kwam de dramatische ontlading en het universele, het onontkombare waar we allemaal rekening mee moeten houden: het afsluiten van de levensrekening.
Het koor (dirigent Dariusz Tabisz) was werkelijk fenomenaal, maar de grootste bravo’s verdient dirigent José Maria Florêncio en zijn meer dan formidabele orkest van Opera Baltycka.