Operarecensie

Barok en hiphop gaan toch samen

Breakdance, cross-over, hip hop, dubstep en… opera. De voorstelling MonteverdISH heeft het allemaal. In een samenwerking van dansgezelschap ISH en VocaalLAB werd de barokopera L’Incoronazione di Poppea van Monteverdi uit 1642 naar het heden getrokken. Place de l’Opera liet iemand uit de doelgroep de voorstelling recenseren.

Scène uit MonteverdISH (foto: Ben van Duin).

Jente Waal (20) studeert rechten en economie aan de Erasmus Universiteit en heeft zowel belangstelling voor oud als nieuw. Hij ging naar de voorstelling van MonteverdISH op 8 november in de Rotterdamse Schouwburg. We spraken hem op de dag na de voorstelling tussen twee colleges over beleggingen en eigendomsrecht over zijn bezoek aan deze opera, die toepasselijk genoeg thema’s als hebzucht en machtswellust behandelt.

,,Wat ik zag, was een combinatie van zang, breakdance en acteren. Het was een groot, levendig geheel. De muzikanten werden geïntegreerd in het stuk. Op een bepaald moment was er strijd tussen Nero en Octavia en daar werden de muzikanten ook in betrokken. De zang was vaak in een nieuw jasje gegoten, maar fragmenten waren echt opera zoals ik dat wel eens gehoord heb.

Die klassieke stukken met opera werden afgewisseld met moderne onderdelen met dance en rap. De verschillen werden aangegeven in de belichting. De operastukken hadden rood licht en in het blauwe licht zaten de acties van de breakdancers. Ik weet dat ze bij de echte opera na een aria vaak klappen. Dat gebeurde hier niet altijd en eigenlijk ook niet bij de dance-acts, al waren die soms echt spectaculair. Ik had het idee dat de dansers, die gekoppeld waren aan een zanger, als het ware het geweten vormden van de zanger, hoewel ook die soms flink aan de bak moesten met dans.

De rol van keizer Nero, die in het verhaal verliefd wordt op Poppea, werd door een vrouw gezongen. Dat schijnt in de tijd van Monteverdi normaal geweest te zijn. Er was geen boventiteling, dus om het verhaal te kunnen volgen, moest je het hebben van de uitleg door de verteller. Zijn teksten waren in het Nederlands, er werd door de operazangers in het Italiaans gezongen. Die stukken klonken zoals ik denk dat ze door Monteverdi bedoeld zijn.

Jente Waal.

Het kostte in het begin moeite in het verhaal te komen en te ontdekken wie welke rol speelde, maar dat lukte na enige tijd goed. Er zat soms flink veel emotie in het spel, van devoot ging het over in agressie, met pittige taal. De zangers moesten hier en daar ook dansen en dan vroeg ik me echt af hoe ze dat voor elkaar kregen. Je moet dan wel van alle markten thuis zijn. Het dansen door de breakdancers was echt ongelofelijk, je keek je ogen uit.

De zaal zat vol met een zeer jong publiek, duidelijk veel scholieren. Het was naar mijn smaak wel voortdurend onrustig in het publiek, je kon merken dat niet iedereen er vrijwillig zat. Ik heb uit de originele opera wat filmpjes op Youtube bekeken. De uitvoeringen die ik vond zagen er allemaal veel statischer uit, wat ik in de Schouwburg zag was heel dynamisch, je werd bijna het podium opgetrokken.

Ik zou iedereen die van opera en dance houdt zeker deze voorstelling, die zonder pauze zo’n anderhalf uur duurde, aanbevelen. Er loopt nog een tournee, dus kansen genoeg. Als je me vraagt wat ik na deze ervaring als eerste zou kiezen, zeg ik: opera. Ik vind dance veel moeilijker ‘leesbaar’. Opera is voor mij wat beter te volgen.”

MonteverdISH tourt in november nog door Nederland en Belgie. Zie voor de speellijst de website van ISH.

Vorig artikel

Spanga maakt film van Donna Giovanna

Volgend artikel

Filmpjes: Nieuw Stabat Mater van Kracht

De auteur

François van den Anker

François van den Anker

François van den Anker is muziekjournalist. Hij doet verslag van de wereld van opera en lied met interviews, reportages en podcasts.