Operarecensie

Krachtige ‘opera’ van Berlioz vult Vredenburg

In Utrecht verkeert De Vrijdag van Vredenburg in Franse sfeer. De dramatische symfonie met koor Roméo et Juliette – door Berlioz met nadruk geen opera genoemd – kreeg afgelopen vrijdag een prima uitvoering, maar bewees zijn muzikale en dramatische kracht toch vooral in de opera-achtige passages.

James Gaffigan (foto: Margeretta K. Mitchell).

Het was juli 1827 en Hector Berlioz ging een avondje naar het theater. Dat deed hij vast wel vaker. De studie medicijnen was inmiddels geruild voor een conservatoriumopleiding. Zijn grote idool was Gluck en inspiratie kwam van Goethe, Beethoven en Shakespeare.

Het Théâtre Odéon in Parijs was ook toen al een belangrijk centrum voor toneel. Berlioz bezocht er een voorstelling van Romeo en Julia en was danig onder de indruk. Dat hij een zeer aangepaste versie van dat Shakespeare-stuk zag, kon hij niet weten, en hij kon ook niet voorzien waar zijn spontane liefde voor de actrice die Julia speelde, Harriet Smithson, hem zou brengen. For the record: hij trouwde in 1833 met haar, ze kregen een zoon en zij eindigde nogal treurig aan de drank.

Maar toen het allemaal nog goed ging, was Harriet een grote inspiratie voor Berlioz. Hij schreef op basis van zijn passie voor haar de Symphonie Fantastique en in 1839 was hij toe aan de definitieve versie van het werk waartoe dat avondje theater hem inspireerde, Roméo et Juliette.

Géén opera. Berlioz benadrukte het in de inleidende tekst bij zijn werk. Het was een symfonie met koor. Toch zitten er een paar elementen in die behoorlijk opera zijn, zoals het koor dat off-stage zingt als de feestgasten in het verhaal naar huis gaan en de finale met een recitatief en aria voor bas-bariton.

De jonge dirigent James Gaffigan, vaste gast bij het Radio Filharmonisch Orkest, stond afgelopen vrijdag in Vredenburg voor zijn orkest, dat groot bezet was, net als het koor. Aan hem de taak het verhaal van Romeo en Julia te vertellen in de muziek. De twee vocale solisten in het eerste deel, tenor Andrew Staples en mezzo Géraldine Chauvet, hebben geen speelrol, maar zijn vertellers die het verhaal aanduwen.

Chauvet klonk niet met de warmte die ik ken uit bijvoorbeeld de opname van Shirley Verrett. Eerder ingehouden dan voluit. De rol biedt een zangeres vrijwel geen kans op stoom te komen en dat maakt hem wat ondankbaar om te zingen. Wie komende zomer in Verona is, heeft de kans Géraldine Chauvet als Zerlina te horen in de Arena.

Werk genoeg in deze symfonie voor het orkest. In het hele scala van tempo, ritme en klankkleur leek dirigent Gaffigan vooral zijn aandacht te richten op het tempo. Ik denk dat er qua klank een fractie meer te halen is uit de partituur en in het bijzonder uit het orkest. Dat deed het vooral geweldig in de dramatische accenten en effecten voor de blazers – met name de trombones – en de strijkers. In het werk zitten nogal wat pizzicato-passages en daar bereikten de strijkers mooie effecten in.

Géraldine Chauvet.

Koor en orkest werkten minutieus samen in de gedeelde passages. Zeker in het deel waar de rouwstoet van Julia voorbijtrekt en het koor ‘Jetez des fleurs pour la vierge expirée’ zingt, vormden zangers en instrumentalisten communicerende vaten die elkaar de ruimte gaven, de één forte, de ander piano en zo wisselend.

Het hoogtepunt van de avond kwam na het deel voor koor en orkest. Bariton Thomas Oliemans had lang moeten wachten, zat al die tijd geconcentreerd naast de dirigent en opende toen muzikaal en dramatisch het vuur op de zaal. Van de rol van père Laurence is heel wat meer te maken dan die van de andere vocale solisten. De zanger kan zich vrijwel solo laten horen, maar ook samen met orkest en tegen het einde met en zelfs over het koor.

Waar de Parijse boulevard in mijn oren te veel had doorgeklonken in de partituur van Berlioz, ontstond in de finale grandeur en glimmend drama, met dank aan Berlioz maar zeker ook met dank aan orkest, koor en Thomas Oliemans.

Achtergronden bij de totstandkoming van deze uitvoering zijn te lezen op het blog van het MCO. De komende tijd is er nog meer Franse sfeer in de Vrijdag van Vredenburg, met onder andere Messiaen, Ravel en Poulenc. Thomas Oliemans zingt tot Pasen op verschillende plaatsen in Nederland de Christus-partij in zowel de Johannes- als de Matthäus-Passion. Op zijn site staan de data en locaties.

Vorig artikel

Opera in de media: week 13

Volgend artikel

Nieuwe Figaro op de set van de Reisopera

De auteur

François van den Anker

François van den Anker

François van den Anker is muziekjournalist. Hij doet verslag van de wereld van opera en lied met interviews, reportages en podcasts.