Operarecensie

Sprankelend pleidooi voor operaman Haydn

Haydn en opera, het blijft een lastig verhaal. Het afscheidnemende Combattimento Consort Amsterdam streed woensdag in het Muziekgebouw aan ’t IJ dapper voor muziekdramatisch eerherstel. De kwikzilveren sopraan Lisa Larsson had als eregast op dit feestje best meer podiumtijd mogen krijgen.

Combattimento Consort Amsterdam gaat zonder artistiek leider Jan Willem de Vriend door onder de naam Combattimento.
Combattimento Consort Amsterdam gaat zonder artistiek leider Jan Willem de Vriend door onder de naam Combattimento.

Waarom is de vader van de symfonie en het strijkkwartet zo ongeliefd als operacomponist, terwijl hij veel creatieve energie in het genre stak? Vaak genoemde redenen zijn de verouderde libretti of Haydns ondankbare zangpartijen, met hoge technische eisen maar weinig kans om te schitteren.

Haydn deelt Mozarts gevoel voor ironie en dubbele bodems, bijvoorbeeld in het tragikomische Orlando Paladino. Maar Mozart voegt altijd een oprechte onderlaag toe, bij Haydn blijft het meestal een geraffineerd spelletje. De vergelijking met die andere tijdgenoot, Gluck, herinnert me aan een uitspraak van George Bernard Shaw: “Wie muziek leent voor zijn ideeën bereikt soms grotere hoogten dan wie ideeën leent voor zijn muziek.”

Eerste violist en artistiek leider Jan Willem de Vriend opende met de ouverture van L’Isola Disabitata, eigenlijk een miniatuursymfonie in ‘Sturm und Drang’-stijl. Onheilszwangere akkoorden pakten samen boven het ‘onbewoonde eiland’, waarna de storm in volle hevigheid losbarstte. De musiceertoon voor de avond was gezet; niet een gepolijste samenklank stond centraal, maar onstuimig en gepeperd karakterspel.

Met een aria uit hetzelfde werk maakte Lisa Larsson haast terloops haar entree. De Zweedse beleefde de afgelopen decennia een succesvolle carrière in alle grote Europese theaters. Gedurende die tijd heeft ze haar meisjesachtige, lichte timbre en stralende, hoge noten intact weten te houden.

Larsson toonde veel talent voor de gespeeld naïeve toon die Haydns komische werken voor zijn broodheer Prins Esterhazy kenmerkt. Maar de koket glijdende noten en opgewonden zuchtjes, ondersteund met olijke blikken en gebaren, waren mij iets te veel van het goede. Een strakkere melodievoering en een simpeler expressie hadden de muziek meer recht gedaan.

Diepere snaren raakte ze met Euridice’s sterfscène uit L’anima del filosofo, in 1791 voor Londen gecomponeerd. Op een recitatief met een orkestverbeelding van kronkelend slangengif volgde een verrassend onopgesmukte aria. In het da capo liet Larsson na een fijnzinnige cadens haar stem in duet met de hoorn ontroerend wegsmelten.

Dankzij het beperkte aantal personages en de imposante koordelen lijkt L’anima del filosofo uiterlijk op Glucks Orfeo, maar inhoudelijk is de toon geheel anders. Hadden omstandigheden destijds een uitvoering niet verhinderd, dan was het door zijn originaliteit wellicht een grote inspiratiebron geweest. Haydns honorarium stond al op de bank, dus hij zat er niet mee. Tekenend voor de pragmatische instelling van die tijd…

Jan Willem de Vriend neemt na 32 jaar afscheid van het door hem opgerichte ensemble.
Jan Willem de Vriend neemt na 32 jaar afscheid van het door hem opgerichte ensemble.

Haydns inzicht in de menselijke psyche komt misschien het best tot uiting in zijn cantates Arianna a Naxo en Scena di Berenice, beide vertegenwoordigd op de cd die dit project van Combattimento Consort begeleidt. Larssons genuanceerde visie op Ariadne paste woensdag blijkbaar niet in het programma. Jammer, want vergeleken met de verzengende interpretaties van Bartoli of DiDonato legde ze voor Berenice weinig vocaal gewicht in de schaal.

Het in 1795 eveneens voor Londen geschreven juweeltje was een model voor Beethovens Ah perfido, maar kijkt tegelijk terug naar de baroktijd. Berenice’s dromerige visioen van haar geliefde gaat gepaard met ouderwetse Händeliaanse coloraturen. Dankzij haar breekbare geluid en delicate frasering was Larsson daar op haar best.

In het furieuze slot drijft Haydn de sopraan meedogenloos over twee octaven heen en weer. Larsson ging haast kopje-onder in het geweld, maar gebruikte geen vocale trucjes, zoals een bewust rauwe toon, om haar beperkingen te maskeren. De integere vertolking bleef hoogst muzikaal en de hoge C aan het slot stond als een huis.

Na de pauze wachtte de Afscheidssymfonie, met de bekende pantomime van stuk voor stuk vertrekkende orkestleden. Een passende afsluiting van de samenwerking tussen De Vriend en de musici, die onder de simpele naam Combattimento zonder hem een doorstart maken.

De Vriend, die geregeld het woord nam met smakelijke anekdotes en zelfs enkele flarden recitatief zong, lichtte het opzettelijk langdradige tweede deel toe. De kunst is om toch de aandacht vast te houden, maar ditmaal kwam er steun uit onverwachte en doorgaans ongewenste hoek: een rinkelend mobieltje!

De avond besloot met bruisende champagne en Lisa Larsson in een beschonken aria, met vocale bijdragen van het hele ensemble. Het feestje, de komende dagen nog driemaal herhaald, zette zich ongetwijfeld achter de schermen voort met wederzijdse gelukwensen. Moge er ook iets afstralen op Haydn, die alle hulp kan gebruiken om zijn operavuurtje smeulende te houden.

Het Haydn-programma van Combattimento Consort is nog te zien in de Goudse Schouwburg (24 januari), de Grote Kerk in Maassluis (25 januari) en de Dr Anton Philipszaal in Den Haag (26 januari).

Vorig artikel

Spyres maakt Munt-debuut als Arnold

Volgend artikel

Opera in de media: week 5

De auteur

Martin Toet

Martin Toet