Pankratova triomfeert in fenomenale Elektra
Het dak ging eraf na afloop van Elektra in de NTR ZaterdagMatinee. Over de uitvoering van Strauss’ meesterwerk kan eigenlijk alleen in superlatieven worden gesproken. Na alle Elektra’s in de regie van Willy Decker leek dit een overbodige exercitie, maar zie, het kan altijd nog mooier.
Geheel tegen mijn gewoonte in begin ik deze keer met de titelrol, nog te veel vervuld van wat ik zojuist heb gehoord om aan iets anders te kunnen denken. Deze kwam voor rekening van de Russische sopraan Elena Pankratova. Op haar repertoire staat nog een andere rol uit het Strauss-repertoire waarvoor je echt van goede huize moet komen: Färberin in Die Frau ohne Schatten. Hiermee oogstte ze succes in meerdere grote operahuizen en realiseerde daarmee haar doorbraak als dramatische sopraan. Bij De Nationale Opera viel ze in voor Petra Lang als Kundry in Parsifal, een rol die ze ook in Bayreuth zingt. Kortom, iemand aan wie je Elektra met een gerust hart kan toevertrouwen.
Pankratova zong Elektra eerder in Wenen en bracht al haar opgedane toneelervaring mee. Geen lessenaar, de gehele rol acterend op een vierkante meter alsof het een compleet toneel was. Birgit Nilsson is al enige tijd geleden overleden (kortgeleden herdachten we haar honderdste geboortedag) en ik overdrijf niet als ik in Pankratova’s Elektra de reïncarnatie van deze grote dramatische sopraan herken. Ze beheerst de rol volledig en bracht de moeilijkste passages met ogenschijnlijk gemak ten gehore, luid schallend of bijna fluisterend. Indrukwekkend was haar acteren toen ze besefte dat ze was vergeten om Orestes het moordwapen mee te geven. Een Elektra uit duizenden.
Krijsend geschater
Er bestaan verschillende klassieke versies van Elektra, die elkaar op het punt van de voorgeschiedenis niet veel ontlopen. Maar librettist Hugo von Hofmannsthal concentreerde zich op het heden, waarin Elektra’s leven als een gekooid dier centraal staat. De ironie is dat Elektra leeft in het verleden en in de toekomst, maar geen echte binding heeft met het heden. Zij herinnert zich de moord op haar vader en kijkt uit naar de toekomstige moord op haar moeder. In het hier en nu functioneert ze niet.
Klytämnestra’s klacht ‘Ich habe keinen guten Nächte’ vind ik een prachtig eufemisme. Dat ze zich uitgerekend tot Elektra wendt om raad – welk offer er gebracht moet worden om dit probleem op te lossen – is bijna hilarisch. Het is typisch een dialoog tussen doven, zoals ook tussen Brünnhilde en Waltraute. Klytämnestra wil maar niet begrijpen wat Elektra haar in de mond probeert te leggen: zijzelf moet geofferd worden.
De ontmoeting tussen moeder en dochter was het dramatische hoogtepunt van de voorstelling, met de Israëlische mezzosopraan Dalia Schaechter in de hoofdrol. Schaechter heeft de juiste leeftijd voor haar rol: een vrouw met volwassen dochters, hooguit begin veertig. Dus niet een mezzo die een karakterrol toegestopt krijgt, maar eentje die volop meedraait, getuige ook haar andere rollen in het Strauss- en Wagner-repertoire: Herodias, Kundry, Fricka, Ortrud en Waltraute. Ook Schaechter kon het af zonder lessenaar, wat de geloofwaardigheid van de ontmoeting tussen beide vrouwen sterk ten goede kwam.
De intensiteit waarmee ze zong toen ze licht aan het einde van de tunnel zag – haar dochter weet kennelijk welk offer er gebracht moet worden, het einde van haar problemen is in zicht – was indrukwekkend. Aanvankelijk was ze verbijsterd toen bleek dat zijzelf geofferd moest worden, maar toen het bericht van Orestes dood haar werd ingefluisterd, gaf ze zich over aan krijsend geschater. Meesterlijk.
Muzikaal is het opmerkelijk dat het einde van deze scène zo in de richting van een vervormde wals lijkt te gaan. Ook op andere momenten klinken echo’s door van muziek die in Strauss’ volgende opera’s te horen zal zijn. Als je Elektra beluistert met de oren van iemand die weet dat dit de componist is van Der Rosenkavalier, hoor je verrassende dingen, met name die wals die voortdurend dreigt door te breken.
Kort daarvoor viel er veel te genieten bij het bezoek van Chrysothemis aan haar oudere zus. Zij leeft wel degelijk in het heden en ziet haar kansen op een ‘Weiberschicksal’ in rap tempo slinken, iets wat ze haar zuster nadrukkelijk verwijt. Deze scène is voor mij altijd een hoogtepunt in deze opera en Asmik Grigorian wist mij volledig om haar vinger te winden. Het is de confrontatie van een bezeten wraakgodin met een stralende sterveling, een door haat verteerde vrouw en een meisje dat nu eindelijk eens een echte vrouw wil zijn, omringd door kinderen.
Grigorian zong haar aria met veel gevoel voor nuance, heel lyrisch en bedachtzaam toen ze de passage over het realiseren van haar kinderwens ten gehore bracht. Op andere momenten toonde ze een volume en trefzekerheid waarmee ze haar oudere zus naar de kroon stak. Chrysothemis was voor Grigorian een rolbeduut. Dat verklaart dat ze achter haar lessenaar gekleefd bleef; enig risicomijdend gedrag is niet verkeerd. Het instuderen van deze nieuwe rol had ook pas recent zijn beslag gekregen. In Salzburg zingt Grigorian komende zomer opnieuw een Strauss-roldebuut: Salome.
Stenz’ meesterschap
De Hongaarse bas-bariton Károly Szemerédy vertolkte de rol van Orest. Hij was eerder in dezelfde rol te horen bij Opera Vlaanderen, in de productie van David Bösch. Orest is de mannelijke hoofdrol en het tekent Strauss’ ambivalente houding jegens tenoren dat hij van deze jonge man een bariton maakte. Szemerédy maakte met zijn rijzige gestalte en respect afdwingende voordracht veel indruk. Misschien zelfs iets te veel voor een nerveuze jongen die op het punt staat zijn moeder te vermoorden.
Thomas Piffka nam de rol van Aegisth voor zijn rekening. Twee jaar geleden was hij al eens te horen in de Matinee als Hauptmann in Wozzeck. Zijn enige scène is de ontmoeting met Elektra, die tot zijn verbijstering een volledige persoonsverwisseling ondergaan lijkt te hebben. Ze benadert hem met een combinatie van lichte spot en vleierij, een beetje uitdagend ook. En plotseling hoor je het: ze is Mariandl die Ochs de indruk geeft op zijn avances te willen ingaan. Piffka maakte het beste van zijn kleine, ondankbare rol, maar Pankratova stal hier de show.
Het Radio Filharmonisch Orkest trad aan met 110 musici, die niet zelden allemaal tegelijk speelden. Het tekent het meesterschap van chef-dirigent Markus Stenz dat dit nergens ontaardde in regelrecht lawaai. Stenz gaf het orkest de gelegenheid om flink uit te halen, maar gaf met zacht spel en vertragingen tegelijk alle vrijheid aan de hoofdrollen in hun meest intieme momenten. Een schitterende prestatie van orkest en dirigent. Een Elektra om niet gauw te vergeten.
4Reacties
Het was een zeldzame belevenis deze middag in het Concertgebouw. Eigenlijk nog nooit Strauss’ Elektra zó volmaakt gehoord. Twee hoofdrollen die, zoals Peter Franken al schrijft, niet uit de partituur maar uit het hoofd gezongen werden. De grote gebaren van Elena Pankratova deden mij denken aan de productie van Harry Kupfer met Pauline Tinsley bij de oude Nederlandse Opera in de Stadsschouwburg in Amsterdam. Zeker qua volume stond hier vanmiddag de nieuwe Birgit Nilsson. Ook Dalia Schaechter als Klytämnestra maakte dankbaar gebruik van het feit, dat ze de rol goed kende en daardoor tot een zeldzame vorm van interpreteren kwam.
Ontroerend dat Asmik Grigorian zoveel indruk maakte als Chrysothemis op het podium waar haar vader de tenor Gegam Grigorian triomfen vierde naast o.a, Nelly Miricioiù.
Wat een meesterwerk van Richard Strauss teweeg kan brengen blijkt aan het eind van de opera wanneer het publiek weer eens ouderwets lekker uit z’n dak gaat en dat op orkaankracht laat merken aan de zangers orkest en dirigent, die deze super-topprestatie leverden.
Superlatieven schieten tekort om deze middag te beschrijven. Vanaf de eerste tot de laatste seconde zat ik aan mijn stoel genageld. Pankratova was in één woord fenomenaal. Zij wist als Elektra niet alleen te imponeren maar ook te ontroeren. Schaechter was een heerlijke valse Klytämnestra, inderdaad met de juiste leeftijd zodat we geen uitgerangeerde stem hoorden. In tegenstelling tot de meeste bezoekers was ik minder onder de indruk van Asmik Grigorian. Naar mijn mening zong ze veel te hard en ik vond haar timbre onaangenaam schel.
Inderdaad zo volmaakt Elektra nog nooit gehoord zelfs niet bij de
Weense Staatsopera paar jaar geleden gezien, dacht toen het kan niet beter en zie Nu !
Mijnheer Verseveld geheel met U eens ben er nog zeer van onder de indruk.
Ben blij dit te hebben bijgewoond, eerst door omstandigheden Niet,maar gelukkig toch wel,met moeite nogplaats weten te bemachtigen.
Geheel met de recensent en vorige schrijvers eens. Een verpletterende ervaring.Degene die verantwoordelijk was voor de casting verdient een onderscheiding.Ik dacht dat ik de ultieme Elektra had meegemaakt tijdens de Salzburger Festspiele van 1989 met de Wiener Philharmoniker o.l.v. Claudio Abbado en met o.a. Brigitte Fassbänder, Eva Marton, Cheryl Studer, James King en Franz Grundheber. De concertante uitvoering van afgelopen zaterdag in Amsterdam had een oerkracht waar de uitvoering in Salzburg niet aan kon tippen.De uitzending in HD uit de MET met o.a. Nina Stemme kwam in de buurt.